Categorie archief: vrijheidvmeningsuiting

Vrijheid van meningsuiting vanaf de nieuwe identiteitsfase ofwel identiteitswaarheid en ‘post-truth’-samenleving [2c]

Vervolg van Heijne [20]: ‘Het gaat om zichtbaarheid tegenover gebrek aan representatie, om ‘gezien willen worden’, macht en miskenning.’

*Deze zin bevat alleen maar aantoonbare juistheden binnen de huidige maatschappij, en dat loopt per land bijna helemaal parallel. Iedereen is het erover eens dat sprake is van bestuurlijke ‘zichtbaarheid’ tegenover dat geconstateerde ‘gebrek aan representatie’, dat wil met zoveel woorden zeggen dat de ministers en gezagsdragers op lager bestuurlijk of overheidsniveau niet gesproken kan worden van zichtbare representanten van die lagere overheden zoals provinciale staten en gemeenteraden. De burgers die natuurlijk wensen om bestuurders vaker te kunnen zien, maar die gelegenheid niet krijgen omdat de volle agenda’s van die gezagsdragers dat onmogelijk maakt. En daarom kan er ook gesproken worden van ‘macht (van de bestuurders) en miskenning (van bestuurders tegenover de bevolking, die zich daarom ’miskend’ voelen. De enige conclusie die daarom getrokken kan worden is dat het bestuur van alle overheden volkomen op nieuwe basis geschoeid moet worden. En dit niet in het kader van aanstaande verkiezingen van de Tweede Kamer over precies een maand, maar omdat we als maatschappij anno 2021 een oude bestuursstructuur hebben/kennen die als achterhaald kan worden beschouwd.

*Een politieke partijen bestel zoals we dat uit de 19eeeuw kennen, was toen een doeltreffend instrument vanwege de burgers die nog democratisch moesten worden geschoold, want voorheen was er slechts sprake van aristocratisch benoemde bestuurders die verder geen contacten onderhielden met de gewone burgerij. Maar het huidige bestaande partijenbestel slaat door naar het andere uiterste omdat stemmingen op alle congressen van partijen manipulatief verlopen omdat je uitspraken in de vorm van moties, amendementen of resoluties alleen voor elkaar krijgt als je genoeg netwerken bezit of gegarandeerde meerderheden te regelen en zo stemmingsronden naar je toe kunt trekken. Om die reden is dat partijenbestel anno 20eeeuw met een verlengstuk in de 21eeeuw ook niet meer representatief te noemen en zal de kiesgerechtigde bevolking gaan overstappen op een nieuw bestel waardoor tussenlagen verdwenen zijn zoals diverse bestuursgelederen/-gremia en het huidig bestaande partijenbestel: de directe democratie waar kiesgerechtigde burgers die politiek actief willen zijn zich aan kunnen melden en deelnemers worden van een digitaal bestel zodat zij bij alle stemmingen aanwezig kunnen zijn en hun stem kunnen uitbrengen. Dit nieuwe bestel kan volkomen uitgewerkt aan het publiek worden voorgesteld, maar vanwege onze Grondwet niet een, twee, drie te verwezenlijken omdat er dan een wijziging van genoemde wet noodzakelijk is omdat die Grondwet alleen een tweekamerstelsel kent (dus vastgelegd is) die niet zomaar opzij gezet kan worden. Maar de politieke en geestelijke evolutie van de mensheid dwingt de mens op termijn over te stappen op dit nieuwe bestel omdat anders de eigen persoonlijke evolutie wordt geblokkeerd.

*Maar daarbij moet nog een kernprobleem worden aangepakt en opgelost: zoals algemeen bekend is het politieke circuit of circus een machtsbolwerk die daarom per definitie driedimensionaal (3D) is en dat past niet meer bij een leefomgeving of cultuur die over enige decennia vijfdimensionaal is. Daarin passen dualistische politieke tegenstellingen niet meer. En daarmee wordt ook een keerpunt duidelijk: de directe democratie wordt pas mogelijk als de polarisatie en dus de dualiteit in het menselijk denken voorbij is en dus achter de rug; als de politieke ratio is vervangen door een geestelijk bewustzijn dat uitgaat van het heil van de algehele menselijkheid en geen belangentegenstellingen zoals die nu nog steeds gelden zoals economische belangenbehartiging, waarin een schemerwereld van de bancaire instanties feitelijk aan de touwtjes trekt: zonder gezonde bedrijfsvoering heb je geen basis tot het bedrijven van politiek. Men kan dit ook anders formuleren: zolang de macht van het geld blijft bestaan en daarmee de macht van de economische elite onzichtbaar maar aanwezig is, valt er geen betere wereld te verwachten, tenzij een algemene economische catastrofe zoals die nu gaande is door de pandemie de oorzaak wordt van een algehele omzetting van de bestaande handelsstructuren en grote politieke machtsblokken die tegenover elkaar blijven (be)staan. Zolang deze structuur blijft bestaan, blijft de aarde bevolkt door een mensheid levend in 3D.

*En waarom leg ik dit zo nadrukkelijk vast op papier of dit scherm? Omdat we – als spirituele gemeenschap – ons kunnen spiegelen aan de maatschappelijke ontwikkelingen én werkelijkheid en aldus kunnen vaststellen of de stelling dat we op weg zijn naar, én dus wél rijp genoeg zijn om de transformatie of ascentie mee te maken – zoals dat zo vaak genoemd wordt – naar 5D en deze ook nog eens collectief te voltooien. En dat betekent dus ook dat allen die nu op aarde leven de zielenopdracht hebben om in dit leven in 5D aan te komen, maar er ook de keuze bestaan om in 3D te blijven als diegenen nog te gehecht zijn aan de stoffelijke omgeving die ze nog niet willen loslaten.

Vrijheid van meningsuiting vanaf de nieuwe identiteitsfase ofwel identiteitswaarheid [2]

Zoals aangekondigd zal ik in deze serie steeds overschakelen van de ene fase op andere van de historische ontwikkeling en nu beginnen met Bas Heijne en zijn vorig jaar verschenen boek ‘Mens/onmens’.

‘Wil je weten wat in onze cultuur beweegt, dan heb je iets aan denkers of managers als Frans Klein, directeur van de Nederlandse Publieke Omroep, die over de tijdgeest spreken of geïnterviewd worden. Ten eerste: de notie dat traditionele, feitelijke journalistiek niet meer van deze tijd is! Ten tweede: nieuwsgaring en –duiding zijn in handen van een elitair kliekje dat het zo mogelijk nóg beter met zichzelf heeft getroffen dan Klein zelf. Een zelfgenoegzame enclave, wat het vak betreft aartsconservatief bovendien. Mensen met wie je voor je het weet terechtkomt ‘in discussies’. En tenslotte, wat mij [Heijne] betreft het belangrijkst: een gedramatiseerde werkelijkheid brengt ons dichter bij de wereld om ons heen dan feitelijke verslaggeving. Emotionele betrokkenheid en vereenzelviging gaan boven beschouwende inzichtelijkheid. Afstand is niet goed. Drama gaat boven beschouwing. Feiten moeten beleefd worden.’

Kortom, dit is – voor mij – een volkomen nieuwe invalshoek. Waar ik in beginsel niet negatief tegenover sta, want alles verandert in de loop der jaren of tijden. En in deze situatie sta ik welwillend met één been’ in de feitelijke verslaggeving, zoals ik dagelijks doe omdat mijn blogs die werkelijkheid vertegenwoordigen. Maar het kan wellicht ook in afwisseling met die ‘belevingsbenadering. Als het maar niet op geweld uitloopt, zoals met ‘Viruswaarheid’ en soortgelijke actiegroepen.

‘Het interview met de omroepbaas laat zien hoe wijdverbreid de notie is dat fictie ons meer te zeggen heeft dan de ‘feiten’. Voorheen zou een goede dramaserie als vermaak worden gezien. Of een heel goede dramaserie als kunst. Maar niet als het betere journalistieke alternatief.

Overal waar onderzoek naar vertrouwen wordt gedaan, scoort het vertrouwen in journalisten belabberd. Heijne denkt zelf aan een verjaardagsfeest van een kennis waar iemand mij vroeg waar ik zoal over schrijf. Toen het woord ‘nepnieuws’ viel, het digitale schimmelspel dat door veel machthebbers in het leven wordt geroepen om burgers te manipuleren en tegen elkaar op te zetten, werd er instemmend geknikt. ‘Goed onderwerp’, vond men. De waarheid vind je tegenwoordig alleen nog maar buiten de officiële media.’

We kunnen ons afvragen hoe het komt dat deze omslag er is gekomen, alsof er geen maatschappelijke gebeurtenissen meer gebeuren die door verslaggevers als nieuwsfeiten worden herkend en die vervolgens zo goed mogelijk ‘verslagen’ worden zoals aangeleerd op de opleidingen voor journalistiek (en voorlichting) op hogescholen en universiteiten, waar scripties worden geschreven en ter goedkeuring voorgelegd om het diploma in ontvangst te kunnen nemen. Waar overal op hbo- of universitair niveau dezelfde of ‘soortgelijke’ kwaliteitseisen worden gesteld. Aan die opleidingsinstituten kunnen zonder die harde zichtbare en meetbare feiten geen verbanden met ontstaanssamenhangen of causaliteitsverbanden worden gelegd. Deze onderzoeken en achtergronden zijn noodzakelijk om in onze statistische en econometrische samenleving verantwoorde analyse te maken om de welvaartsgroei vast te leggen. Wetenschap gaat uiteindelijk alleen over materiële, meetbare én betrouwbare uitkomsten vanuit onderzoek op basis waarvan productiebesluiten worden genomen. Resultaten die de uitkomst vormen van vaste en in de loop der jaren vertrouwde methoden en technieken die binnen een wetenschappelijk vakgebied gelden en geldig zijn gebleken. De vraag is hoe deze opgebouwde kennis en inzichten ongeldig kunnen worden verklaard. Of geldt dat alleen voor die mensen die die opleidingen niet hebben kunnen volgen of anderszins bijvoorbeeld zijn afgehaakt en afgevallen. Zoals de voorman van Viruswaarheid Willem Engel, een ex-wetenschapper die zijn promotieonderzoek in de biofarmacie aan de universiteit van Leiden in 2001 afbrak om zich aan de Zouk (dans) te wijden.  Hij en jurist Jeroen Pols stellen zich op als woordvoerders.  Volgens Viruswaarheid is COVID-19 even dodelijk als een gemiddeld tot ernstig griepseizoen.

Een ander actueel onderwerp vormt vandaag de dag het thema kolonisatie waar verschillende Europese landen zich in het verre verleden schuldig aan hebben gemaakt en waarvoor demonstraties worden georganiseerd om de regering(en) worden verzocht om hun excuses aan te bieden voor de voorgaande regeringen die daar verantwoordelijk voor waren. Nu is het duidelijk dat onder de oud koloniale inwoners van ons land uit Suriname, de Nederlandse Antillen en ook het huidige Indonesië, maar voorheen Nederlands Indië, die zich na lang verblijf in ons land nog steeds gediscrimineerd voelen, daarvoor betere maatregelen dan vooral handhaving daarvan door de Nederlandse regering worden gevraagd omdat artikel 1 van onze Grondwet discriminatie niet toestaat. Maar in ons land wordt dat overgelaten aan het particulier initiatief zoals het bedrijfsleven en mkb-bedrijven om daar zelf tegen op te treden. Zoals kinderen die binnenshuis of buiten, zoals op schoolpleinen, gepest worden door toezichthouders hulp krijgen aangeboden, om die handelingen te voorkomen, kunnen dergelijke incidenten ook in de klas zelf besproken worden om de scholieren dat besef bij te brengen dat je anderen met rust moet laten, wat ook meestal thuis gebeurt. Maar niet alle ouders of keerkrachten zullen daarin slagen. En zo blijven er ook voor individuele gevallen in het volwassen leven mensen daarmee worstelen. Die kunnen dan beter professionele hulp inroepen.

Maar excuses van regeringszijde zijn, zoals steeds blijkt, een gevoelige zaak. Tijdens het schrijven van deze tekst is op het journaal een uitkomst bekendgemaakt van een peiling onder de Nederlandse bevolking hoe burgers ‘hierin’ staan. Het blijkt dat een ruime meerderheid van de onderzochten dat niet nodig vinden; alleen migranten voelen wel die behoefte. Mijn visie is spiritueel van karakter: laten alle volwassenen die gehinderd worden door depressieve klachten door achterstelling samen een cursus organiseren, waarvoor een subsidie kan worden aangevraagd om die minderwaardigheidsgevoelens aan te pakken.

Maar daarbij komt wel een onderbelichte factor om de hoek kijken en dat is de opstelling van de betrokken slachtoffers. Namelijk het feit dat deze personen ook graag de slachtofferrol op zich nemen, wat niet strikt noodzakelijk is. Uit eigener beweging kan men ook op eigen initiatief een weerbare houding aanleren (en aannemen) door te leren van zich af te slaan. Daarbij komt, zoals aangegeven, ook een spiritueel element – buiten de zelfwerkzaamheid om zichzelf te leren ‘wapenen’ – en dat is het besef of inzicht dat wij mensen die op aarde leven in onze voorgaande levens op deze aarde, zelf al ervaring hebben opgedaan met dat koloniale leven als slaaf. Dat is een spirituele wet dat waar iedere ziel alle fundamentele levenservaringen dient op te bouwen, ook betekent dat iedere mensenziel al ervaring heeft opgedaan in verband met de tegenstelling tussen arm en rijk (iedereen heeft meerdere armoedige én rijke levens meegemaakt, iedereen heeft vele nederige en zelfs slavenlevens meegemaakt, naast óók hoge maatschappelijke posities bekleed als koning of keizer en militaire veroveraars zoals Alexander de Grote. Maar ook zware natuurrampen en zelfs andere ellende, zoals verzwolgen worden door continentale breuken en de diepte ingesleurd worden.

Wat ook neerkomt op een vaste karmische wet is: daar waar een missie niet als geheel voltooid kan worden beschouwd, zal deze ziel een nieuwe kans krijgen om dat thema dat niet uit de verf kwam en dus een zwakte is gebleven, geheel af te ronden in een volgend leven. Kortom meesterschap te bereiken op het terrein van nog overgebleven karakterologische leemtes of zwakheden zoals een minderwaardigheidscomplex. Vanwege deze achtergrond is een excuus van welke regering dan ook volkomen overbodig.