Uit het laatste gedeelte van de verklaring die door lichtmeester Psycho is uitgesproken:
‘Al heeft iemand een moeilijk aardeleven, welk mens kent zijn strijd niet? Welnu, telkens weer als iemand twijfelt in zichzelf voelt opkomen, weet dan dat de weg naar de ontwaking iedereen voert langs bergen en door dalen, door duisternis en licht en dat die weg voor elk mens gelijk is.
“Hierin ligt de grote rechtvaardigheid, dat God, het Hoogste, toch Liefde is. Zijn machtige straling geeft de trillingen van het levens ritme aan, dat elk mens in zich zal voelen. Dit wijst de weg, die moet worden gegaan.”
Zo zien wij dus, dat in dit alles een ruime en wijde horizon voor uw geestesoog is opengegaan.
Ik voel en zie uw gedachteleven en er is niemand gelijk. Elk heeft zijn eigen trillingen en verlangens, die hij zo graag zou zien verwezenlijkt. Eenmaal zal het ook iedereen worden geschonken. Twijfel nooit aan deze gedachte, want zolang iemand twijfelt, blijven de vensters dicht. De twijfel zelf zal uw gehele dadenleven op lager niveau houden en u dikwijls de moed tot actie ontnemen. Laat de twijfel los. Zo iemand wil, kun je dat. Als iemand de twijfel voedt of de twijfel voeding geeft, neemt zij bezit van iemand en maakt alles wat licht is, donker in het eigen leven. Veel zal moeten berusten op geloof. De juiste inzichten kan men ontvangen, zo men daartoe de wegen bewandelt. Dan zal het leven lichter worden, al lijkt het ogenschijnlijk moeilijker om de poort open te krijgen. Deze poort gaat vanzelf open als de tijd daar is, zoals ik duidelijk heb gemaakt. Als iemand naarstig heeft gestreefd te leven volgens hogere inzichten, en iets hebt leren verstaan van de grote liefdewetten, welke leiden tot het Hoogste, dan bestaan er geen zorgen.
“Als ik voor mijzelf terug mag blikken, dan kan ik in de verre horizon van het verleden veel schouwen van datgene wat was. Eén ding is zeker, dat wat was, is er en zal nooit verdwijnen. Hiermee bedoel ik het machtige Leven zelf, dat gesymboliseerd wordt in het diepste zielewezen van het menszijn. Want, al is enerzijds de ziel het beginstadium, anderzijds zijn in de ontplooiing van de hogere zielenkrachten, de tendensen aanwezig om dat, wat van onvergankelijke waarde is, blijvend te behouden. Hoe meer een mens dus stijgt, tot volkomen psychische ontwikkeling komt, hoe meer men in het eigen wezen kan schouwen. Men spreekt in dit verband wel over God en op zichzelf genomen is dit voor de mens een beeld dat hem houvast kan geven voor de reizen die hij door de ruimte van het Heelal moet maken, wijds en groot. God is een gedachte, die nauw verwant is met het zielewezen. In de diepte van het eigen zielewezen worden zekere krachten verondersteld, welke, al kan men ze niet stoffelijk bewijzen, toch kan leren schouwen.”
“Zo heb ik dan ook veel mogen zien van dat wat was, want er is altijd een blijvende kern van de levenservaringen. De totaalsom van het leven, van deze levenservaringen dus, bepaalt de momentele waarde van het psychisch zijn. mijn laatste aardeleven is een soort compromis geweest, dat ik met mijzelf heb gesloten. Voordat ik na een lange tijd in de sferen te hebben vertoefd, tot de aarde terugkeerde. Er was één kant in mijn wezen, die ik aan gene zijde niet volkomen kwijt kon, hoe wonderlijk het voor u ook moge klinken. Er was één punt en dat was een te grote zelfverzekerdheid, die ik niet los kon laten.”
Misschien kunt u het begrijpen, maar een te grote zelfverzekerdheid leidt tot bepaalde fouten en moeilijkheden, welke dikwijls niet meer te overbruggen zijn. Moeilijkheden ontstaan zoals in mijn toestand, door mijn verkeerde inzicht, waardoor ik mijn zelfverzekerdheid los zou moeten laten. Er was iets in mijn psychisch wezen wat mij dit onmogelijk maakte. Ik had altijd het gevoel, als ik mijn zelfverzekerdheid losliet, ik ook mijn zelfvertrouwen kwijt zou raken. Ik verkeerde dus, voordat ik mijn laatste aardeleven ging leven, reeds op een behoorlijke trap van psychische ontwikkeling en toch kon ik in mijn overpeinzingen en mijn innerlijke verdiepingen niet komen tot de ontleding van dit punt. Hoe wonderlijk het ook mag klinken, ik was er niet toe in staat om deze psychische fout in mijn wezen zonder meer, door ontleding en overdenking te veranderen. Dit was dan ook de aanleiding tot mijn laatste aardeleven.
Nu zal men wellicht vragen waarom ik juist deze ontwikkelingsgang heb gekozen in mijn aardeleven. Ik zal uitleggen waarom.
“Ten eerste kon ik zelf kiezen en er zijn er velen die dit niet kunnen doen; die dus nog niet een psychische ontwikkeling hebben bereikt om zelfstandig te besluiten tot een aardeleven en de waaroms daarvan.”
“Er zijn ook geesten, die meestal meerdere leven hebben geleefd, ook op aarde, die geleerd hebben psychisch te ontleden en met dat wat zij aan wetenschappelijke training hebben vergaard, inderdaad bewust tot die stappen te komen, die zij nodig vinden. Zij hebben alleen maar zekere hulpmiddelen en aanvaarden de hulp van anderen, maar zijzelf nemen de leiding bij hun reïncarnatie.”
U moet dit niet te licht zien, een bewuste terugkeer tot het aardeleven. In het weten daarvan is er veel, wat terughoudt. De contacten met de aarde worden dikwijls juist door de actieven aan onze zijde levendig gehouden. Wij willen weten wat er op aarde gebeurt; hoe de krachten werken en hoe de beïnvloedingen zijn vanuit de verschillende sferen, om ook daarin tenslotte ons eigen inzicht op te bouwen in de taak, welke wij op de schouders hebben genomen.
“Zo zien wij dus dat, waar ik voor mij persoonlijk spreek, mijn eigen psychische fout, de aanleiding is geworden om een taak in het stoffelijk leven te krijgen, welke mij dus bij voorbaat lag. Mijn interesses op dit punt gingen reeds lange tijd daar naar uit. Ik had niet alleen die taak ten opzichte van mijzelf, maar ik kreeg ook een opdracht mee van verschillende vrienden uit die tijd. Een opdracht om zekere ervaringen, die wij aan onze zijde hadden, te toetsen aan de werkelijkheid.”
Wij hadden met elkaar methodes besproken van beïnvloeding van degenen, wier geestvermogens gestoord waren. Wij zetten vele hulpcampagnes op touw, zowel op aarde als in de sferen, waar deze nog leven en die niet gewoon kunnen denken, die verkeerde gedachten hebben opgebouwd en waanvoorstellingen hebben, enzovoort. Het ging erom, door nieuwe ervaringen op te doen, deze beter te kunnen helpen.
“Zo was mijn aardeleven dus gewijd aan een dubbel doel. Ten eerste los te komen van mijn eigen complex en verder opnieuw leerstof op te doen, die ik mee ko nemen naar mijn leven, waar ik nu, na mijn aardse leven, weer ben aangekomen. Veel zal u wel duidelijk worden, want hiermee zijn de motieven zuiver gesteld, waarom wij nu reeds zolang tijd dit werk doen.”
“U ziet, dat er in de bewuste lijn van de psychische opbouw zeker motieven kunnen zijn, die niet door meditatie en geestelijke opbouw alléén kunnen worden overwonnen. Ik kan u zeggen dat dit laatste leven mij heel veel goed heeft gedaan. Tijdens mijn aardeleven, waarin veel is afgesloten dat toch tot mijn wezen behoorde, zoals dit voor elk mens ligt, was ik mij dit alles niet bewust, alleen een enkele maal, werden mij in dromen beelden gegeven vanuit gene zijde. Die beelden waren de beïnvloedingen, welke tot mijn stoffelijk bewustzijn werden gebracht, die ik weer kon toepassen in mijn taak met allen, die wel tot de ergsten van het stoffelijk leven behoorden, de meest misdeelden. De mens, die niet kan beschikken over een normaal denkvermogens, is heel erg gehandicapt in het stoffelijk leven, maar ook ten opzichte van zijn geestelijke groei.”
Men heeft ons weleens de vraag gesteld, wat voor zin het heeft dat een mens, als geest dus, op de aarde blijft, terwijl hij niet meer normaal kan beschikken over zijn denkvermogen, want zo kan hij ook niet aan zijn eigen opbouw werken en arbeiden.
“Het is begrijpelijk dat de denkende mens voor deze vraag wordt gesteld. Ik wil hierop alleen zeggen, dat u dit niet alleen moet zien in verband met het stoffelkijk leven. Men kan op aarde zijn om sommige dingen te leren, maar ook zoals ik zei, om iets af te leren. Men kan ook op aarde zijn in een soort gevangenschap. U kunt dit vasthouden: de ziel blijft de ziel, het eigenlijke wezen mens dus; het goddelijke.”
Het goddelijke in de mens kan nooit gestoord worden door een defect in het denken. Een onvolmaakt mens is een wezen, dat u ‘ten dele’ moet zien; kunt zien. Hij heeft dus niet de volle beschikking over zijn vermogens. Het gaat alleen maar om die meerdere of mindere mate. Voor elk menselijk wezen blijft de mens in hem dezelfde. Dat andere, dat uit de ziel is gegroeid, kan tijdelijk een zekere binding ondergaan met de stoffelijke ellende.
“U moet die binding zo zien, dat een geest in het stofkleed, juist als de hersenwerking niet geheel te benutten is, of op de juiste wijze zich terug kan trekken uit het stoffelijk leven, in deze zin dat hij toch verbonden blijft. De band blijft. De geest wordt dus toch bewust gedwongen deze stoffelijke ellende mee te maken, waardoor hij in zijn uitingsvorm beperkt is, evengoed als een dove niet horen en misschien niet spreken kan, of dat men andere zintuigen of lichaamsdelen mist. Het is de handicap. In dit geval bestaat de mogelijkheid, dat de geest misschien wordt ontbolsterd, door de stoffelijke ellende mee te maken en in dit alles, als onvolmaakte wezens, soms tot razernij komt.”
Er zijn inderdaad periodes, dat geesteszieken niet te houden zijn; dat zij een mind over zich hebben, een gevoel alles te willen breken, stuk te maken; dat zij zelfs in staat zijn anderen groot kwaad te doen. Dit is de opstand van de geest ten opzichte van zijn stoffelijke binding.
Dit was het kardinale punt, dat mede het doel was van mijn levenstaak. De ellende is dubbel groot, het gevoel van een geestelijk wezen, dat zich enerzijds bewust is gebonden te zijn aan het stoffelijke, misschien wel door zijn onvolmaaktheid, het nut er niet van inziet door zijn gebrek aan kennis van de hogere wetten. Het waarom dat een dergelijke geest dit mee moet maken, is een kwestie van de hogere wetten en hiervoor kunnen verschillende vormen zijn.
“Zo heb ik dan iets over mijzelf verteld.”
Ik heb voor u hieraan verbonden een zeer persoonlijk betoog, dat berust op eigen ondervinding.
“In dit alles hopen wij, dat wij u hiermee meer inzicht hebben gegeven in deze moeilijke materie en dat u er uw nut mee zult kunnen doen.”
“De ontwakingsdag van mijn leven wordt eenmaal de uwe. Deze ontwakingsdag is en blijft een machtig gebeuren, onbegrijpelijk schoon, want men komt op die dag in contact met zulke machtige stromingen van geestelijk zijn, dat deze stromingen een machtige tinteling brengen in het zielsbewustzijn van de geest.”
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.