‘Dit laatste is van betekenis want onze beschaving wordt in hoofdzaak bepaald door de optelsom van kosten en baten in alles wat we doen. Een schrijnend voorbeeld was de uitbraak van mond-en-klauwzeer in 2001 waarbij massaal koeien werden vernietigd en verbrand op een wijze die niet onder deed voor de vernietiging van mensen in de ovens van Bergen Belsen en andere concentratiekampen. Er is wel degelijk een vaccin voor koeien tegen mond-en-klauwzeer die deze ziekte voorkomt en zelfs zieke dieren kan genezen. Maar men koos ervoor om massaal zieke en ook heel veel gezonde dieren te vernietigen om te voorkomen dat de infectie zich zou verspreiden. Ik had hier destijds een gesprek over met de veehoudersbond die me heel vriendelijk uitlegde dat het vaccineren van de dieren wel mogelijk was maar dat die koeien dan net zo gemakkelijk verkocht zouden kunnen worden voor de slecht. Een gevaccineerde koe brengt minder op! Ik maakte de opmerking dat men dan eigenlijk niet beter was dan de SS’ers die destijds de mensen vernietigden in de gaskamers en de ovens. Maar men vond dat ik die vergelijking niet kon maken, koeien waren immers geen mensen en zij (de veehouders) waren geen nazi’s, vonden zij.
Koeien zijn inderdaad geen mensen, maar wel levende wezens. Zij zijn, net zoals de mens een onderdeel van alle leven op deze planeet. Net zoals de varkens, kippen en ook de nertsen waarvan juist nu blijkt dat deze ook het coronavirus kunnen krijgen. Dat kwam toevallig in april j.l. aan het licht omdat de nertsenfokkerijen in Brabant hier last van hebben. Hoezo hebben we nertsenfokkerijen? We hadden toch met z’n allen afgesproken om geen bont meer te dragen? Nee, die zijn voor de export naar landen waar bontjassen wel zijn toegestaan.
De relatie tussen de mens en het overige leven op deze planeet, zoals de natuur in wat voor vorm dan ook is ernstig verstoord. Het zijn juist deze verstoringen die er onder andere toe bijdragen dat virus- en bacteriële infecties ontstaan waardoor we er uiteindelijk zelf last van gaan krijgen. Instant karma noemt men dat. De beschaafde mens die zich koning waant in zijn zelf gecreëerde beschaving, met alle mooie normen en waarden die daarbij horen, is nog steeds niet in staat om de relatie met het leven zelf op orde te brengen. De rest van het leven om ons heen moet de mens ten dienste staan en daarmee is ons gedrag ten opzichte van de natuur onbeschaafd en barbaars geworden. Er is weer een wereldwijde pandemie nodig, zoals er al zovele geweest zijn in de geschiedenis, om te laten zien hoe wij er eigenlijk mee om gaan. In de oorspronkelijke definitie van beschaving komt men elementen tegen van ordening, structuur en vooral een holistische benadering van een evenwicht in al het leven en de gehele natuur. Maar gedurende de achttiende eeuw ontstond onder invloed van de verlichting een nieuwe betekenis van beschaving waarbij het aanleren van kennis en het aannemen van normen belangrijker werd. In het in die tijd heersende geloof in vooruitgang was beschaving de hoogste trede van een ontwikkelingsproces. Men werd verondersteld zich daarmee te onderscheiden van eerdere barbaarse samenlevingen. Beschaving werd hiermee steeds meer synoniem met cultuur en met name de westerse Europese cultuur die men ontwikkelde en die men tijdens de kolonisatie van de rest van de wereld ook op andere volkeren wilde opleggen, vaak met geweld.
Want voor andere samenlevingen zou deze vorm van beschaving pas te bereiken zijn wanneer men zich aanpaste aan de Europese ontwikkelingen, waarmee het een inclusieve beschaving is. Gedurende de negentiende eeuw won dit etnocentrisch beeld terrein. De complexe eigen maatschappij werd als superieur beschouwd ten opzichte van andere minder complexe maatschappijen. Daarmee legitimeerde men de overheersing van andere volkeren. Naast het imperialisme bevorderde dit eveneens een steeds racistischer beeld van superioriteit. We begonnen mensen die niet mee konden komen als onze slaven te gebruiken en met de natuur, de dieren en het leven in het algemeen deden we precies hetzelfde. Alles werd ondergeschikt aan de mens en geëxploiteerd.
Wordt vervolgd in het slotgedeelte