In verband met het begin deze week publiekelijk gelanceerde debat over de ‘reptielen als complottheorie’, begin ik nu aan een serie over de theosofische visie over de evolutie van mens en dier – wat haaks staat op de wetenschappelijke neodarwinistische leer – maar waarin het woord reptiel voorkomt en daarom de moeite van het nader bestuderen waard is.
Hoofdstuk 7 handelt over ‘de evolutie van mens en dier’ (in: ‘De esoterische traditie’ van auteur Dr. G. de Purucker) komt we de eerste verrassing al tegen, namelijk dat de mens niet is ontstaan als zoogdier en dus als diersoort, maar omgekeerd, namelijk alle bezielde wezens uit de mensheid of menssoort zijn ontstaan. Dat gebeurde uit een heel lange evolutieweg namelijk verdeeld over 5 (of zelfs 7) ‘ronden’ en wij leven in de vierde ronde en zijn op weg naar ronde 5. Omdat dit uitgangspunt vanuit de theosofische esoterie in onze oren als totaal nieuw (en in sommige ogen wellicht wereldvreemd) klinkt, eerst een citaat van de eerste twee alinea’s):
Op welke manier kwamen de dieren uit de mens voort? In de eerste plaats is de leer niet dat alle diersoorten in de huidige vierde ronde, deze grote levenscyclus op onze aardbol, uit de mens voortkwamen. In deze vierde ronde was dat alleen het geval met de zoogdieren, dat wil zeggen de dieren met borsten en met een wervelkolom en voortplantingsorganen die vanaf het begin tot op de huidige dag dezelfde cyclische veranderingen ondergingen in bouw en functie als bij de ontwikkeling van de mensheid plaatsvonden. Alle andere diersoorten, vooral de lagere orden daarvan, zijn evolutionaire overblijfselen in deze huidige vierde ronde van de grote zich ontwikkelende klassen van het dierenrijk die in de derde ronde op deze aarde op het toppunt van hun evolutie waren. Anders gezegd, alle bezielde entiteiten in de sterk verschillende evolutiestadia lager dan dat van de mens en van de andere niet-menselijke zoogdieren, kennen we nu als overblijfselen van de derde ronde, maar in deze huidige vierde ronde zijn ze in hoge mate gespecialiseerd.
*In de eerste plaats is er dus sprake van een 100% andere evolutietheorie dat het voor onze generatie ook erg moeilijk maakt om hier ‘greep op te krijgen. ‘maar er bestaat zoveel kritiek op de huidige neodarwinistische theorie of leer, en los daarvan omdat ik ook al jaren bezig ben om de theosofie te bestuderen, ben ik ervan overtuigd geraakt dat deze theorie mij veel meer aanspreekt dan de traditionele biologie en evolutieleer. Die mij met de wijsheid van vandaag nooit heeft aangesproken. Ik herinner me ook niets meer van de biologielessen op school. Maar daarbij ook een kanttekening van mijn kant: ik vind de theosofie heel erg interessant en die leer spreekt mij ook erg aan maar ik ben geen theosoof omdat ik op belangrijke punten ook volkomen oneens ben met dat denken. Daarvan ik kan er geen voorbeelden geven – op dit moment – omdat het om detailpunten gaat; en die schieten me nu niet te binnen. Voor mij maakt het niets uit of de mens uit de ene cyclus of de andere is voortgekomen. Anderzijds heb ik een esoterische visie op het ontstaan van het heelal, universum en zonnestelsels, waarin de mensenziel een heel bijzonder plaats inneemt, en dat valt in mijn komende boek te lezen.
In de tweede plaats heb ik nooit geloofd dat de mens een ‘zoogdier’ was, maar een zelfstandige tak of soort als ‘mensentak’, ‘mensenrijk’ of ‘mensensoort’, volkomen losstaand van het dierenrijk. Punt.
In de derde plaats tot slot is de verklaring of het uitgangspunt dat ‘de mens niet is ontstaan als zoogdier en dus als diersoort, maar omgekeerd, namelijk alle bezielde wezens uit de mensheid of menssoort zijn ontstaan, ook voor de traditioneel opgevoede mens onbegrijpelijk. Alles staat in dit theosofische model op de kop en de mensheid krijgt dus in de toekomst te maken met de vraag welke theorie of leer de definitief geldige is. Dit gaat gebeuren omdat de waarheid op elk thema en wetenschapstak naar boven komt en die vormde gezamenlijk de nieuwe werkelijkheid die nu gaan binnentreden. De huidige wetenschap bestaat over tien jaar niet meer, want dan getransformeerd naar de universele en multidimensionale wetenschap van de kwantumwereld.
‘Grote aantallen klassen van wezens waren in lang vervlogen tijden op deze aardbol op het hoogtepunt van hun evolutie, en zelfs tijdens deze vierde ronde, maar ze zijn nu volledig van het toneel verdwenen en lieten alleen hun fossiele resten achter. De grote reptielen zijn daarvan een voorbeeld, ondanks het feit dat veel reptielen die het door de eeuwen heen hebben volgehouden zelfs tot in onze tijd, overblijfselen zijn die om de een of andere reden erin zijn geslaagd door de verschillende geologische tijdperken heen tot nu toe te overleven. Deze sishta’s of resten of levenszaden van deze overgeblevenen uit de derde ronde waren in de meeste gevallen al aan het begin van de vierde ronde op onze aardbol, voordat het eerste wortelras van ‘mensen’ in deze vierde ronde op deze bol verscheen.
*We zien hier dus het verschijnsel ‘reptielen’ verschijnen, waarmee Baudet dus een poging doet om een complottheorie over de wereldomvattende elites ingang te doen vinden.
‘Ze werden alleen uit welwillendheid ‘mensen’ genoemd, en waren de oorspronkelijke protoplastische verschijningsvormen van de ware mens of mensheid die in veel latere tijdperken zou volgen. Ze worden ‘mensen’ genoemd, enkel om hen te identificeren als de oorsprong die ze in hun eigen tijdperk van evolutie zijn geweest, van wat later de mensheid werd. Ook moet dit ‘eerste wortelras’ op geen enkele manier worden beschouwd als dieren of als de veronderstelde oorspronkelijke dierlijke stam waaruit de mensheid van nu in opeen volgende stadia van evolutie zou zijn voortgekomen, en waar de tegenwoordige mensheid haar directe evolutionaire voorgeslacht op zou moeten herleiden. Het waren geen dieren, hetzij zoogdieren of andere dieren, maar astrale prototypen die in verschillende grote families of orden bestonden en waarvan de huidige mensheid rechtstreeks en in een ononderbroken levensstroom afstamt.
*Samenvatting van deze eerste blog in deze serie: de mens is een afzonderlijke wezenssoort die geheel losstaat van andere bezielde wezens in de grote variatie die er universeel en kosmisch bestaat, op alle levende planeten(stelsels) en zonnestelsels. De mens op aarde is geen uniek verschijnsel maar is bezielde ‘levensentiteit’ wel een heel unieke soort aangezien ieder mens – op welke planeet dan ook – een doel als eindpunt kent en dat is op te gaan in de goddelijke Bron en scheppende godheid te worden. .
[Bron: https://www.theosofie.net/onlineliteratuur/et/hfs7.htm%5D
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.