Categorie archief: paradigma

‘Waar blijft de Nederlandse robotjournalist?: Bewijs dat voorspellingen niet deugen; spiritueel ‘gewone kost’

Waar blijft de Nederlandse robotjournalist? (Amanda Verdonk, nrc.nl, 2-10-18)

Automatisering | Robotjournalistiek zou de sector op zijn kop zetten, werd vijf jaar geleden voorspeld. In Nederland is tot nu toe nog geen geautomatiseerd bericht verschenen.

Vijf jaar geleden circuleerden er alarmerende berichten over de opkomst van robotjournalistiek: de menselijke reporter zou het nakijken hebben en kon maar beter een ander beroep kiezen. Computerprogramma’s zouden – zonder enige menselijke tussenkomst – nieuwsberichten en verhalen gaan produceren, waarmee zelfs prestigieuze journalistieke prijzen zoals de Pulitzer in de wacht gesleept konden worden. ‘Robotjournalisten’ zouden het nieuws sneller en meer gepersonaliseerd brengen dan een mens ooit kon.

  1. Van de ‘opkomst van robotjournalistiek’ was toen én nu geen sprake. Belachelijke beweringen.
  2. ‘Computerprogramma’s zouden – zonder enige menselijke tussenkomst – nieuwsberichten en verhalen gaan produceren’: de menselijke fantasie was dus geheel op hol geslagen.
  3. ‘Robotjournalisten’ zouden het nieuws sneller en meer gepersonaliseerd brengen dan een mens ooit kon.’ Ook fantasie gebleken.

De vraag is dus waarom het mogelijk was dat er met nieuwe ontwikkelingen (slechts 5 jaar geleden) zo zonder enige indicatie over nieuwe computerprogramma’s en programmeringstechniek zulke onzin kon worden voortgebracht. In feite de voorganger van nepnieuws, want deze technische verwachtingen waren volledig irreëel. Kon ook alleen in de krant en op tv verkocht worden vanwege het sensatiekarakter van deze mediavormen.

Maar, al dan niet achteraf gezien of beredeneerd, kan vastgesteld worden dat het spiritueel volkomen onmogelijk is om van een robot een verslaggever te maken, want het gaat niet alleen om de schrijvende robot, maar om de creatieve wijze waarop een goed journalistiek product wordt geleverd. Dat kan per definitie de robot niet, omdat dit apparaat een creatieve aanleg – pardon: mogelijkheden – mist. Creativiteit is een menselijke eigenschap, zoals de emotie dat ook is. Daar zal de robot nooit aan toekomen. Maar daar hebben de ICT-programmeurs geen benul van, want het gaat hier om geestelijke wetten. Die kent de wetenschap niet.

 

‘Het leven is kort. En dat is precies het punt’; vervolg op deel 3 van de New York Times-serie

We vergeten maar al te makkelijk dat onze sterfelijkheid een wezenlijk onderdeel is van onze menselijkheid, stelt Allison Arieff. Tweede deel van de New York Times-serie ‘What does it mean to be “human”, today?’

‘Onze sterfelijkheid een wezenlijk onderdeel is van onze menselijkheid’ omdat de mens zijn geestelijke evolutie zal blijven vervolgen en daar kan geen enkel menselijk ingrijpen iets aan veranderen. Maar omdat de mens(heid) dit kosmische scheppingsplan niet kent – en de heilige boeken op aarde er maar hel symbolisch op ingaan via scheppingsverhalen – is dat de mens ook niet kwalijk te nemen aangezien hij dat zelf moet ontdekken. Heeft hij dat ontdekt dan mag hij zich verlicht meester noemen. Dat is in essentie het Geheim van het Leven.

Nog een opmerking aan de lezer: gelet op mijn onderstaande commentaren kan ik deze tekst niet op AquariusPolitiek plaatsen omdat het daar niet begrepen zou worden. Onderstaande tekst zal ik in later instantie proberen te ‘vertalen’ naar een formulering die wel begrepen zal kunnen worden door het zo neutraal mogelijk te verantwoorden zonder termen als 5D, maar dat blijkt steeds een moeilijke kunst te zijn.

In het kort

Alles wat we kopen is gemaakt om na vrij korte tijd kapot te gaan. Tegelijk lijken de gadgetmakers van Silicon Valley geobsedeerd met het eeuwige leven. Er zijn nu mensen die zich ‘anti-verouderingsondernemer’ noemen. Maar waar we zelden bij stilstaan: eeuwig leven zou grote problemen met zich meebrengen.

Zijn die ‘techneuten’ werkelijk geobsedeerd door het eeuwige leven of zijn ze ambitieus genoeg om te weten dat als ze een eeuwig, een generatie-overstijgend product hebben gemaakt, zo onsterfelijk zijn geworden in de geschiedenisboeken van de mensheid, zoals Edison en Alessandro Volta, de uitvinder van batterijen.

Maar de suggestie dat we zelden stilstaan bij het vermoeden – in mijn woorden – dat het eeuwig leven grote problemen met zich meebrengt, is geen werkelijk probleem maar alleen een probleem voor die mensen die nooit over spiritueel of geestelijk leven hebben nagedacht. Mensen die technisch uitgedrukt in en vanuit de 3e dimensionale (3D) werkelijkheid leven en denken en dat is volgens alle heilige werken een illusie.

De geestelijke werkelijkheid is die van 5D- of hoger en daar bestaan steeds minder fijnstoffelijke sferen totdat alle stof is verdwenen. 3D is echter een grofstoffelijke leefomgeving omdat het de meest trage en zware manier van leven is en daarom zo leerzaam om de kosmische levenswetten te leren kennen. Omdat de huidige wereld wordt geleefd volgens het paradigma van 3D hebben we van deze andere mogelijkheden geen kennis. Maar over enkele generaties worden onze ogen geopend en weten we dat we van oorsprong 5D-wezens zijn. en dan bestaan onze materiële worstelingen niet meer.

Als we kijken naar het moderne bestaan, zien we dat vrijwel alle technologische apparatuur die we kopen en gebruiken is ontworpen met het oog op een beperkte levensduur. Alles is gemaakt om na betrekkelijk korte tijd de geest te geven – een jaar, twee jaar, hooguit vijf jaar. Voor wie niet overtuigd is: kijk maar hoe vaak je een nieuwe smartphone moet kopen. Gadgets worden ontworpen om het te begeven.

Of omdat er jaarlijks nieuwe technische snufjes in verwerkt moeten worden.

Het wrange is echter dat dezelfde Silicon Valley-cultuur die deze gadgets ontwerpt, geobsedeerd lijkt met het eeuwige leven.

Er is momenteel sprake van een antiverouderingsbeweging waar durfkapitalisten als de tech-miljardair Peter Thiel veel geld in steken, en op dit terrein zijn er talloze start-ups. (Hoewel het gerucht dat Thiel met enige regelmaat bloedtransfusies krijgt van achttienjarigen is ontkracht, is er wel degelijk een bedrijf – Ambrosia Plasma – dat voor $8000 per liter een infuus met jong plasma levert.) En Google heeft het biotech-bedrijf Calico opgericht om meer ‘inzicht te krijgen in de biologische processen die de levensduur bepalen’. Calico heeft meteen de daad bij het woord gevoegd door experimenten uit te voeren op de naakte molrat, een soort die een lang leven is beschoren zonder duidelijk zichtbare tekenen van veroudering.

Openbaring

Proberen de dood te slim af te zijn is de laatste jaren uitgegroeid tot een bloeiende bedrijfstak. Paul Bennett, partner van design consultancy IDEO, voelde dit al vroeg aan. In 2015 verscheen een artikel over hem in The California Sunday Magazine, waar viel te lezen dat hij een openbaring had gehad. ‘Je moet de dood opnieuw vormgeven’, had hij tegen zichzelf gezegd. Dat was het begin van een geheel nieuwe, veelbelovende markt. De dood als een bron van innovatie. De dood als een vorm van participatiekunst. De dood als overkoepelend thema van netwerkdineetjes. De dood als app.

Er zijn tegenwoordig mensen die zich ‘antiverouderingsondernemer’ noemen – mensen die de dood niet als probleem zien maar als iets waar we een oplossing voor moeten vinden. Je kunt streven naar een mooie dood, maar waarom zou je er niet naar streven helemaal niet meer dood te gaan? Achter dit streven naar het eeuwige leven lijkt een onwil schuil te gaan bij bepaalde mensen om zich een voorstelling te maken van de wereld zonder hen.

Op de vraag ‘maar waarom zou je er niet naar streven helemaal niet meer dood te gaan?’ kan het volgende spirituele antwoord worden gegeven, te weten dat het kosmische doel van de mensheid eruit bestaat om van dimensie tot dimensie te evolueren en uiteindelijk een geestelijk volmaakt wezen te worden. Maar het probleem van de gemiddelde wetenschapper is dat hij niet in deze kosmische ‘biologie’, ofwel levenswetten, gelooft en daarmee dat perspectief ook geheel afwijst. En dan houdt het debat ook op voordat het is ontstaan of gerealiseerd is.

Realistische kijk

In haar nieuwe boek, Natural Causes: An Epidemic of Wellness, the Certainty of Dying, and Killing Ourselves to Live Longer, schrijft publicist Barbara Ehrenreich: ‘Je kunt naar de dood kijken met verbittering of berusting, als een tragische onderbreking van je leven, en alle mogelijke maatregelen treffen om dat leven te verlengen. Of je kunt een meer realistische kijk ontwikkelen en het leven zien als een onderbreking van een eeuwigheid van persoonlijke non-existentie, en het aangrijpen als een kortstondige mogelijkheid om te observeren en je te verhouden tot de levende, immer verrassende wereld om ons heen.’

Ook hier kan ik een glimlach niet onderdrukken, als ik lees: ‘een meer realistische kijk ontwikkelen en het leven zien als een onderbreking van een eeuwigheid van persoonlijke non-existentie’. De schrijfster vindt dat een ‘realistische’ kijk, maar wel verondersteld realisme vanuit 3D, omdat ze gewoonweg niet beter weet. Zo is het gewone 3D-denken in graniet gebakken en komen we wegens onze geestelijke blindheid geen millimeter verder.

Ik was getroffen door Ehrenreichs woorden, door het idee dat ons leven voor ons volkomen uniek mag zijn, terwijl het uiteindelijk toch niet meer is dan een deel van een groter continuüm. Onze tijd op aarde is in een flits voorbij en als wij er niet meer zijn, draait de grote aarde gewoon door. In die zin hangt de waarde die wij toekennen aan ons leven sterk samen met een steeds scherper bewustzijn van de betrekkelijk korte duur ervan. Precies dit – het besef en de acceptatie van onze eigen sterfelijkheid – maakt ons menselijk. En naar mijn idee is het de drijfveer om alles uit het leven te halen wat erin zit.

Mijn commentaar laat ik nu achterwege omdat deze 3D-opvattingen zo strijdig zijn met 5D, dat het me niet anders mogelijk wordt gemaakt om er het zwijgen toe te doen.

Deze serie bevat acht delen, van verschillende auteurs

15 september De metamorfose van de Westerse ziel. Auteur: Will Storr22 september Het leven is kort. Dat is precies waar het om gaat. Auteur: Allison Arieff29 september Kunstmatige intimiteit is een brug te ver. Auteur: Sherry Turkle6 oktober Het beest in onszelf. Auteur: Maxim Loskutoff13 oktober Jij en ik en al het andere. Auteur: Anne Wojcicki20 oktober Wat wil het zeggen om mens te zijn? Laten we die vraag vooral niet stellen. Auteur: Martha Nussbaum27 oktober De menselijkheid die we nooit mogen prijsgeven. Auteur: Pico Iyer3 november Onze hoogmoed zal ons nekken. Auteur: Roger Scranton

Kwetsbaarheid én schoonheid

Er is een periode in mijn leven geweest – een periode van nog geen twee jaar – waarin ik trouwde, waarin mijn moeder overleed aan kanker, waarin ik een huis kocht en een kind op de wereld zette. Ik voelde me haast té menselijk toen ik dat allemaal meemaakte in zo korte tijd. Door steeds maar weer te worden geconfronteerd met afscheid en een nieuw begin, werd ik me intens bewust van de kwetsbaarheid van het bestaan. Maar ook raakte ik intens vervuld van de schoonheid van het bestaan: ik raakte veel kwijt, maar tegelijkertijd kréég ik ook heel veel.

Ik ben me er nu terdege van bewust dat alles van tijdelijke aard is. Daardoor ben ik vastberaden de tijd die me is gegund ten volle te benutten, de wereld om me heen te observeren en me ertoe te verhouden. Het besef dat alles zo snel, en soms zo tragisch, kan veranderen of verdwijnen, maakt dat ik volledig ‘in het moment’ wil leven.

Ik herinner me dat ik als tiener klaagde dat het leven niet eerlijk was, dat het een en al ellende was. Mijn ouders zeiden dan dat je het goede pas leert waarderen in mindere tijden. Destijds vond ik die opmerking irritant. Nu is hij nog net zo irritant, maar ik weet inmiddels ook dat hij 100% waar is.

Problemen van het eeuwige leven

We staan er maar zelden bij stil voor welke problemen we zouden komen te staan als onze tijd op aarde onbegrensd zou zijn. Zou de conditie van ons lichaam de conditie van onze hersenen beïnvloeden? Zou iedereen het eeuwige leven hebben, of alleen de mensen die zich dat kunnen permitteren? Zou je kunnen afzien van het eeuwige leven? Zou er een einde komen aan de ongelijkheid, of zou die alleen maar een hardnekkiger probleem worden? Zouden we met het klimmen der jaren nog altijd meer inlevingsvermogen, wijsheid en inzicht vergaren?

Technologische doorbraken kunnen ons leven ingrijpend veranderen. Maar ik ben ervan overtuigd dat onze menselijkheid – ons méns-zijn – onlosmakelijk is verbonden met het gegeven dat we sterfelijk zijn. En daar kan geen wetenschappelijke fontein van de eeuwige jeugd iets aan veranderen.

Vertaling: Nicolette Hoekmeijer

Copyright: New York Times. Allison Arieff is editorial director van denktank Spur en schrijft sinds 2006 opiniebijdragen voor de New York Times. Ze is auteur van de boeken Prefab en Trailer Travel: A Visual History of Mobile America.

https://fd.nl/weekend/1270918/het-leven-is-kort-en-dat-is-precies-het-punt

Komt de ‘printmens’ uit Chengdu, of zijn dat overspannen verwachtingen? Ofwel gaat het om het contrast tussen het materiële- tegenover het geestelijke paradigma, omdat de mens een spiritueel wezen is?

Komt de printmens uit Chengdu? (Sjoerd den Daas, Katern Morgen/fd, 3 december)

Reportage: Genbewerking in China

Menselijke organen komen straks uit de printer, en ook het bewerken van DNA om het ongeboren kind slimmer, knapper of sportiever te maken komt dichterbij. China, en vooral Chengdu, wil aantonen dat de mens maakbaar is. Maar er zijn veel vragen rondom het DNA-onderzoek.

# Biotechnologie is een rekbaar begrip: de mogelijke toepassingen zijn bijna eindeloos. Ook op menselijk gebied. Wilt u graag een intelligent kind, met een atletisch lichaam? Of wilt u ziekten al vroegtijdig bij het embryo kunnen vaststellen? Met de CRISPR-cas9 kan DNA feitelijk geoptimaliseerd worden. De ontwikkelende rol van de natuur kan zo worden overgenomen, door het DNA van de nog ongeboren vrucht aan te passen.

Die laatste zin is gemakkelijk opgeschreven op papier en dat papier is zoals bekend geduldig, maar het is helemaal de vraag of dit de toekomst wordt, of anders uitgedrukt: dat het zomaar mogelijk zal worden dat de ‘ontwikkelende rol van de natuur kan zo worden overgenomen’. Dat is een materialistisch axioma of paradigma zo men wil, maar de werkelijkheid zou best eens kunnen zijn dat hier sprake is van een vals paradigma. Het gaat om een geldig paradigma in onze huidige stand van wetenschap, maar overmorgen al waardeloos want gefalsificeerd door nieuwe inzichten, met name  vanuit de kwantumfysica, die de traditionele natuurkunde geheel op de kop zet.[1] Het zou kunnen blijken dat het huidige materiële paradigma wordt voorbijgelopen en opgevolgd door een spiritueel paradigma die stelt dat de mens zichzelf niet kan reproduceren, en dat de mens dus niet maakbaar is. Daarvoor is iets hogers nodig dat mensen de Bron noemen, maar dat hogere is voor de mens nog niet bereikbaar en het is de vraag of dat op aarde ooit bereikbaar zal zijn.

# Vorig jaar was China het eerste land waar die techniek in de praktijk werd getest. Dat is geen toeval. Met name in Europa bestaat er veel weerstand tegen het selecteren van embryo’s. Chinezen lijken hier – ook na de afschaffing van de eenkindpolitiek – minder moeite mee te hebben. Selectieve abortus bij genetische afwijkingen en een historisch sterkere voorkeur voor een jongen is publiekelijk dan niet bespreekbaar, achter gesloten deuren is het vaak wel de praktijk.

Voorlopig zal inderdaad Europa met argusogen toekijken wat er allemaal in China gaat gebeuren en kan in de tussentijd het ethisch debat hier op het oude continent gevoerd worden. Mijn gevoel zegt mij dat in deze tussenfase van het oude en nieuwe paradigma de tijd wel zal leren wat wijsheid is en wat niet. Laten we de vergelijking trekken met een andere noviteit die aan het DNA-geknutsel vooraf ging: kernenergie. We dachten dat we een veilige energieproductie hadden gevonden, maar niets minder bleek het geval in de praktijk na vooral de laatste ramp van Fukushima, om van de eerste wereldschok van Tsjernobyl maar te zwijgen, waar deze week door Nederlands vernuft een sarcofaag werd geplaatst. Dat historische feit mag ons er blijvend aan herinneren dat kernenergie bepaald niet tot de duurzamer energiebronnen behoort te worden gerekend. Ook dat was een menselijke denkfout. Over falsificeerbare paradigma’s gesproken… China mag wat mij betreft gaan ontdekken dat de mens niet te klonen is. Iemand of een natie moet dat als eerste ontdekken.

https://fd.nl/morgen/1177725/komt-de-printmens-uit-chengdu

[1] Zie de biografie van Stephen Hawking:

‘Dat Hawking graag heilige huisjes omver schopt, bleek uit het feit dat hij zijn eminente professoraat begon door het einde van zijn eigen vakgebied te voorspellen. Hij zei dat hij geloofde dat er een grote kans was dat de zogenaamde Theorie van Alles gevonden zou worden voordat de twintigste eeuw voorbij was, waarna er zo goed als niets overbleef voor theoretische natuurkundigen zoals hij.

Sinds die voordracht geloven veel mensen dat Stephen Hawking de vaandeldrager van de speurtocht naar die theorie is. De kandidaat die hij voor de theorie van Alles voor ogen had, was niet een van zijn eigen theorieën, maar de N = 8-superzwaartekracht, een theorie waarvan veel natuurkundigen hoopten dat deze alle deeltjes en natuurkrachten zou verenigen. Hawking wijst er snel op dat zij  werk slechts deel uitmaakt van een veel groter idee, waarbij natuurkundigen vanuit de hele wereld betrokken zijn, en tevens onderdeel van een zeer oude speurtocht. Het verlangen het heelal te kunnen begrijpen moet wel zo oud zijn als het menselijk bewustzijn. Sinds de mens voor het eerst naar de nachtelijke hemel en de enorme variatie van de natuur om hem heen heeft gekeken, en daarbij over zijn eigen bestaan heeft nagedacht, heeft hij geprobeerd voor dat alles een verklaring te vinden met behulp van mythen, religie en, later, wiskunde en natuurwetenschap. We zijn misschien niet veel dichter bij een begrip van het volledige plaatje dan onze verste voorouders, maar de meeste mensen geloven dat dat wel zo is, net zoals Stephen Hawking.

Het levensverhaal en de wetenschap van Hawking zitten boordevol paradoxen. De dingen zijn vaak niet wat zij lijken. Het begin kan vaak het einde zijn, hardvochtige omstandigheden kunnen tot geluk leiden, hoewel dat niet altijd voor roem en succes geldt; twee briljante en uiterst succesvolle wetenschappelijke theorieën kunnen bij elkaar onzin opleveren; de lege ruimte is mogelijk toch niet leeg en zwarte gaten zijn niet altijd zwart. De inspanning alles te verenigen tot een simpele verklaring laat echter een gefragmenteerd beeld zien; en een man, wiens uiterlijk ons schokt en medelijden opwekt, neemt ons op vrolijke wijze mee naar waar zich de grenzen van de ruimte en de tijd zouden moeten bevinden – maar daar niet zijn.

Waar we in het heelal ook kijken, de werkelijkheid is verbazingwekkend complex en ongrijpbaar, soms zelfs afwijkend, vaak niet gemakkelijk te vatten en nog vaker onmogelijk te voorspellen. Buiten ons heelal kunnen zich een eindig aantal andere bevinden. De twintigste eeuw is voorbij en niemand heeft de Theorie van Alles ontdekt. Wat houdt dat in voor de voorspelling van Stephen Hawking? Is er een wetenschappelijke theorie die echt alles kan verklaren?

[bron: Kitty Ferguson, Stephen Hawking. Zijn leven en werk. Veen Media Diemen 2012, p.5-6]