Categorie archief: inwijding

Atlantis en Lemurië via Meester Lanto en zijn trancemedium Daan Akkerman [1]

Uit de sessie van 25 juli 1986:

14 Ik heb begrepen dat de eerste inwijding van de mensheid als geheel heeft plaatsgevonden bij de individualisatie in het Lemurische tijdperk. Heb ik het dan ook goed begrepen dat de tweede inwijding voor de mensheid aanstaande is? Wilt u ons iets vertellen over de omstandigheden waarin zo’n tweede inwijding tot stand komt?   

“Je zou het geen tweede inwijding mogen noemen. Het zijn fasen van inwijdingen geweest voor de gehele mensheid in de tijdsperiode tussen Lemurië en het nu. De toekomstige inwijding is een inwijding in het geestelijke, het geestelijke is bereikbaar, het mentale wordt ontwikkeld. Men krijgt het in het dagbewustzijn, om bij het vorige thema van de helderziendheid te blijven, door direct te schouwen in de kosmische aangelegenheden. Men kan vanuit het dagbewustzijn uit het hpger bewustzijn putten.”

15 Gebeurt dit plotseling?

“Dit is iets dat geleidelijk wordt ontwikkeld.”

16 Wat zijn hoogtepunt krijgt in het Aquariustijdperk?

“Inderdaad.”

Uit de sessie van 26 januari 1987:

11. En heeft deze komende omwenteling een radicale verandering van de aardse leefgewoonten tot gevolg?  

“Zeer zeker heeft deze ontwenteling voor vele mensen een volkomen andere leefwijze tot gevolg. Men zal kunnen stellen dat de huidige leefsituatie totaal verandert, noodgedwongen, doordat ten eerste veel energiebronnen wegvallen, doordat, ten tweede, veel land dat nu bewoonbaar is niet meer bewoonbaar zal zijn, en doordat, ten derde, de gehele kosmische begeleiding zal veranderen. De mens verandert door de omvorming in de polarisatie van de krachtvelden rond de aarde. Zijn indaling zal anders zijn, zijn bewustwording op aarde zal anders zijn. Deze mensen, die van het oude tijdperk naar het nieuwe gaan, zal men de pioniers kunnen noemen van het Aquariustijdperk. Deze mensen, die hiervoor worden opgeleid langs deze weg en andere wegen, dat zijn de mensen waarop nieuwe beschavingen gebouwd worden, precies zoals het eens is gegaan in het oude Atlantis, waarin de oude Atlantiërs hun kennis brachten naar Egypte, precies zoals het is gegaan met het oude Lemurië dat verging en waarvan de oude Lemuriërs hun kennis brachten naar Atlantis. al deze gegevens lopen parallel met dat wat sinds miljoenen jaren is gebeurd. Zo zal het weer gebeuren, doch steeds in een hogere vorm.”

Wordt vervolgd

[Bron: Meester Lanto, Atlantis. Essays van Meester Lanto van de Witte Broederschap. Uitgeverij Akasha te Eeserveen, 2003/2010; 19 en 21]

Sonia: Op weg naar bewustwording [4]

‘Wanneer de persoonlijke bewustwording overstegen is, staat de mens in een totale overgave in het leven. Hij heeft zijn wezen in een ‘Uw wil geschiede’ in de goddelijke hand gelegd. Daardoor zal hij de weg van inwijding opgaan, die hem tot een universeel instrument voor het leven maakt.

‘Op de inwijdingsweg mag de mens de jakobsladder van het leven opgaan, die zich in de fijnere lagen van het leven bevindt, die ook wel de sferen worden genoemd. Daar zal hij met zijn menselijk bewustzijn steeds hogere levensgebieden mogen binnengaan. In deze gebieden wordt zijn bewustzijn dan in de betreffende levensbewustzijn ingewijd, waardoor zijn bewustzijn groeit en de mens kennis en lering omtrent dit gebied kan opdoen.

‘De mens vindt op zijn inwijdingsweg heel veel hogere vormen van bewustzijn. De immanente Gods in hem is namelijk allesomvattend en de mens mag zijn allesomvattendheid ook in zichzelf tot bewustzijn laten komen. Hieruit volgt de definitie van de inwijdingsweg van de mens:

‘De inwijdingsweg van de mens heeft tot doel het hogere goddelijke bewustzijn dat in een veelheid van vormen in hem aanwezig is, in zijn bewustzijn tot integratie te laten komen.’

[Bron: Sonia, aldaar, p.21]

Wordt vervolgd

Sonia: Op weg naar bewustwording [3]

De ziel

‘Wanneer een mens kiest om op de impulsen van zijn diepste innerlijk wezen af te gaan, leidt zijn hogere zelf hem naar dit diepere wezen. Hij maakt eerst kennis met zijn ziel en als eerste grote wapenfeit op de weg van bewustwording vangt dan de integratie van de ziel in de persoonlijkheid aan. Daardoor wordt een mens héél: het tijdelijke en het eeuwige verbinden zich in hem. Wanneer dit integratieproces begint, herkent hij zich als een eeuwig wezen en automatisch reikt hij dan naar de nog hogere gebieden in zijn geest.

Het christusbewustzijn

‘Via de ziel komt de mens tot het christusbewustzijn. Dit bewustzijn mag hij ook in zijn persoonlijkheid leren integreren. Het is de kelk waardoor de Christus zich kon hechten aan de mens en waardoor Hij zich kon manifesteren. Tenminste, als de mens qua bewustzijn ver genoeg gegroeid is. Het christusbewustzijn vormt de draagkracht van de van de Christus in [de?] mens. Het draagt de Universele Liefde van de Christus en ontvangt deze inspiratie voor de mens.

Het goddelijk bewustzijn

‘Na de integratie van het christusbewustzijn komt de mens bij het goddelijke bewustzijn aan, om ook dat in zijn persoonlijkheid te gaan integreren. Het goddelijke bewustzijn is de kelk waardoor de Schepper zich kon hechten aan de mens en waardoor Hij zich – wederom als de mens qua bewustzijn ver genoeg gegroeid is – kan manifesteren. Het goddelijk bewustzijn vormt de draagkracht van de Schepper in de mens. Het draagt het Universele Licht en ontvangt zijn inspiratie voor de mens.

Het meesterschap over de persoonlijkheid

‘De eerste fase van de bewustwordingsweg van de mens brengt hem – op het niveau van het menszijn – de integratie van de ziel, het christusbewustzijn en het goddelijke bewustzijn in de persoonlijkheid. Wanneer dit integratieproces volbracht is, heeft de mens het meesterschap over zijn persoonlijkheid verworven en opent zich de inwijdingsweg voor hem!

Het inzetten van de inwijdingsweg

‘Met het inzetten van de inwijdingsweg vangt er voor de mens een nieuwe, in eerste instantie wat moeilijke fase aan. Hij is reeds bewust; hij weet op persoonlijkheidsniveau waarvoor het leven dient. Hij is deze reis aangegaan om zijn persoonlijkheid onder controle te gaan brengen en zijn karma af te kunnen lossen. Maar nu hij de inwijdingsweg mag opgaan, staat niet langer het overstijgen van de persoonlijkheid en het aflossen van zijn karma centraal, maar komt de integratie van de Geest Gods in de materie centraal te staan. En deze weg is niet meer alleen voor de mens persoonlijk bedoeld!

‘Hier eindigt de persoonlijke bewustwordingsweg van de mens; het eindigt in het meesterschap over de persoonlijkheid. Vanaf dat moment wordt de mens – zoals in de oude geschriften staat – een discipel. Zelf zeg ik liever: de mens wordt dan een werker voor het leven. Het werkerschap voor het leven gaat open en de mens staat aan het begin van een prachtige weg: de inwijdingsweg van de mens, die zijn raadselen aan hem zal mogen ontsluiten.’

Wordt vervolgd

Schokkende herkenning door gelijkenissen tussen Atlantis en onze zingevingvraagstukken in onze tijd

Veertig, en dan? (Joost Röselaers, predikant van Vrijburg te Amsterdam, fd.persoonlijk, 22-6-19)

Het leven van de veertiger: de loopbaan is niet helemaal gelopen zoals gepland en de relatie staat onder spanning of is geëindigd in een scheiding. Hoe geef je dan betekenis aan je leven? Joost Röselaers (bijna veertig) laat zijn gedachten gaan over deze fase.

‘Kun je zorgen voor stevige grond onder je voeten, los van ambities en het ideale beeld voor de buitenwereld? Nieuwe vormen van spiritualiteit proberen hartstochtelijk antwoord te geven op die vraag. In bladen als Happinez kun je lezen dat je van jezelf mag houden zoals je bent. Daar wil ik niks aan afdoen. Ik wil het zelfs van harte beamen, maar deze zelfliefde is voor mij onvoldoende antwoord in mijn zoektocht naar een nieuw betekenisvol kader.

Dit artikel maak duidelijk dat de huidige predikant/dominee/pastor met dezelfde levensvragen zit als de gemiddelde burger in deze samenleving, in ieder geval de Nederlandse gemeenschap, want andere landen ken ik niet in deze details. Ik vermoed natuurlijk dat het in andere westerse landen niet anders is.

Maar dat de christelijke kerkvoorgangers een academische theologische opleiding hebben genoten is voor ons allen een vanzelfsprekende aangelegenheid, maar dat is het spiritueel gesproken of zelfs kosmisch gezien helemaal niet. Geestelijke voorgangers in iedere beschaving binnen ons universum zijn ‘inwijders’ en dat betekent dat ze het volk ‘voorgaan’ in kosmische wijsheden en in levenswetten inwijdingen geven, zoals vandaag ook Reiki-inwijdingen worden gedaan en ook esoterische gemeenschappen als de Vrijmetelaars en Rozenkruisers hun leden inwijden.

Dat gaat deels om technische oefeningen doen zodat de natuurwetten worden aangeleerd en bijvoorbeeld telepathie aanleren, maar ook de inhoud van levenswetten die de dagelijkse omgang van mensen onderling ’voorschrijven’ – geen regels – maar psychologische begeleiding geven om met iedereen harmonisch om te leren gaan; en daar hoort conflictoplossing ook bij, want deze inwijdingen voeren naar het toekomstig levensstadium van de 5e dimensie, waarin alle mensen hun tweelingzielen (waarmee je de oorspronkelijke eenheid vormt), kennen en dus ook nooit meer uit elkaar kunnen gaan zoals scheidingen in onze maatschappij.

Om kort te gaan: deze bovenstaande geschetste inwijdingen hebben in de beginfase van het nieuwe Atlantis plaatsgevonden, maar dat inwijdingsritueel is na verloop van eeuwen helemaal verslonst en op de achtergrond geraakt en zijn ook (hoge)priesters hun machtspelletjes gaan spelen, zodat de bevolking ook ruimte kreeg om typisch 3D-gedrag te ontwikkelen. Om die reden – én priesterlijke misstappen met hun magische handelingen – is die beschaving ten ondergegaan. Daarom lijkt de christelijke kerk(en) na hun ontstaan in de 3e eeuw na Chr met hun concilies toen het nieuwe testament werd geschreven, ook een even leeg instituut te zijn geworden als in de laatste fase van Atlantis, en zal het kosmische bestuur het niet toelaten dat er een 4e keer een beschaving moet worden afgebroken. Daarom zijn nu de trillingsfrequenties op aarde sterk verhoogd zodat de mensen moeten leren met die nieuwe frequenties om te gaan.

Voor de goede orde heb ik de hele tekst van de auteur hieronder weergegeven voor belangstellenden en geen FD-lezers.  

https://fd.nl/fd-persoonlijk/1303647/veertig-en-dan

0-0

Elke levensfase komt met eigen uitdagingen. Helemaal synchroon lopen onze levensfases niet, de een begint eerder aan de volgende fase dan de ander, maar een verdeling levert herkenning op. We hebben immers meestal een vergelijkbare levensloop en zien ons daarin met vergelijkbare vragen en uitdagingen geconfronteerd. Ik herkende bijvoorbeeld in mijn studententijd veel van de zoektochten die mij bezighielden bij medestudenten. De wereld ligt nog open (denk je) en daar kun je eindeloos over filosoferen – en dat deden wij dan ook. Als dertiger moet je vervolgens keuzes maken. Dat komt met de nodige uitdagingen; Nienke Wijnants schreef erover in haar boek Het dertigersdilemma. Wat ga ik doen met de onmetelijke zee aan mogelijkheden die mij is geschonken? Het is de tijd van carrière maken, trouwen en een huis kopen. The only way is up, zo lijkt het.

Daarop volgt de fase waar ik me nu in bevind, die van de (bijna) veertigers. Het is de periode waarin de aloude midlifecrisis zich kan aandienen. Het valt me op dat er over deze levensfase de afgelopen jaren weinig literatuur is verschenen. De hoogste tijd er enkele persoonlijke gedachten en inzichten aan te wijden.

Joost Röselaers nam een baan aan die niet bij hem paste.

‘Ook al wist ik diep vanbinnen dat mijn talenten elders lagen.’

Aanzien in het bedrijf

Als dertiger kies je (uiteindelijk) voor een richting in leven en werk. Je groeit al snel door in het bedrijf. Als het zo doorgaat, ben je voor je veertigste partner! Maar dan hapert het. Je blijkt geen bestuurder te zijn. Je komt niet tot je recht in situaties van spanning en conflict. Of je bent eenvoudigweg (net) niet goed genoeg voor de top. Je moet je ambities dus bijstellen. En dat is pijnlijk. Je was als dertiger immers gewend dat het telkens beter ging, maar dan stagneert je leven of gaat het er zelfs op achteruit.

Ik spreek uit ervaring. Ik nam een aantal jaren geleden een baan aan die uiteindelijk niet bij me bleek te passen. Volgens velen was ik de ideale kandidaat, en het was zo’n logische stap in mijn carrière, dat ik er zelf ook in was gaan geloven, ook al wist ik diep vanbinnen wel beter en voelde ik aan dat mijn talenten elders lagen. Een manager ben ik niet en zal ik vermoedelijk ook nooit worden. Ik zie dit, zeker omdat ik er zelf open over ben, bij veel generatiegenoten.

Een vriendin van me maakte stormachtig carrière bij een groot advocatenkantoor op de Zuidas. Natuurlijk zou ze partner worden. Ze werd het, maar wat viel het haar tegen. De advocatuur was haar passie, en niet al het bestuurlijke en managementgedoe dat er nu bij kwam kijken. Weg waren haar creativiteit en gedrevenheid. Ze was binnen een aantal jaren een schim geworden van wie ze ooit was.

Maar kun je nog terugkeren naar het beroep dat je eens had? Dat doet veel met je aanzien in het bedrijf. En vergeet de financiële consequenties niet. Heb je net dat mooie huis gekocht in die aardige wijk vlak bij de school van de kinderen­.

Relatie onder spanning

Ook privé heb je als veertiger met de nodige uitdagingen te maken. Als je eenmaal gesetteld bent met de man of vrouw van je dromen, blijkt de realiteit toch wat weerbarstiger te zijn. Romantiek maakt plaats voor de alledaagse werkelijkheid, zeker als er ook kinderen zijn. Voortdurend ben je bezig de boel draaiende te houden. Je leven beweegt zich tussen thuis, werk, school en opvang. Je komt amper aan elkaar toe. De relatie staat onder hoogspanning en je schreeuwt maar al te makkelijk de frustraties op elkaar af. Het valt me op hoe vaak er op het schoolplein van onze kinderen een nieuwe scheiding wordt aangekondigd, met alle consequenties van dien: parttime ouderschap, verhuizen en kleiner wonen. Weg is het ideale plaatje.

En ten slotte staat het sociale leven­ van veertigers ook vaak op een laag pitje. Veertigers zie je amper in concertgebouwen en theaters. Publicitaire campagnes richten zich ook liever op de frisse generaties onder hen en de welwarende generaties boven hen.

Is het werkelijk zo dramatisch gesteld met de veertigers? Wat ik hierboven schets, is een beetje een karikatuur. Er zijn ook een hoop mooie dingen die in deze jaren gebeuren – de verdieping van de band met partner, kinderen en vrienden bijvoorbeeld. De tijd van feesten en festivals is zo langzamerhand voorbij (gelukkig maar, denk je soms), waardoor je je meer op je inner circle richt en meer tijd hebt om te lezen of je in een bepaald onderwerp te verdiepen.

Maar het waardevolst van deze jaren is de spirituele ontwikkeling. Want de vraag hoe om te gaan met mislukkingen en tegenslagen is bovenal een spirituele vraag. Kun je zorgen voor stevige grond onder je voeten, los van ambities en het ideale beeld voor de buitenwereld? Nieuwe vormen van spiritualiteit proberen hartstochtelijk antwoord te geven op die vraag. In bladen als Happinez kun je lezen dat je van jezelf mag houden zoals je bent. Daar wil ik niks aan afdoen. Ik wil het zelfs van harte beamen, maar deze zelfliefde is voor mij onvoldoende antwoord in mijn zoektocht naar een nieuw betekenisvol kader.

Ze is me te eenvoudig, voor wat ik toch ervaar als cruciale vragen in mijn bestaan. Ik mis de teleurstelling en de worsteling erin. Deze fase kent een zekere analogie met de puberteit, een tijd die ook voorafgegaan werd door een periode van zekerheid, plots afgebroken door de ontdekking dat de mens zichzelf en het leven nog onvoldoende kent. Met dat ene cruciale verschil dat de puberteit zich afspeelt in een stijgende levenslijn, met groeiende vermogens en mogelijkheden, en de veertiger zich in zekere zin bevindt in een dalende. Jezelf liefhebben wordt in deze context een grotere opgave. Je kijkt in de spiegel en je ziet steeds meer rimpels, kale plekken en grijze haren.

Natuurlijk zou ze partner worden.

Ze werd het, maar wat viel het haar tegen

Stevige basis

Ons levensgeluk wordt voortaan in hogere mate bepaald door niet-materiële levenswaarden. En dat vraagt het nodige van ons: om stil te staan en ons te verdiepen in een bepaalde levensbeschouwing, filosofie­ of in literatuur. Zelf vind ik herkenning en duiding in onder andere het Bijbelse verhaal waarin kwetsbaarheid het uitgangspunt vormt voor spirituele groei – om uiteindelijk een stevige basis in het leven te ontdekken. Een aantal Bijbelverhalen leert ons dat je soms veertig (!) jaren door de woestijn moet trekken voordat je tot inzicht komt.

Ook in de literatuur vind ik herkenning en duiding. Een groot aantal existentiële romans gaat over zoekende veertigers. In zijn boek Mogelijkheid van een eiland zegt Michel Houellebecq: ‘Het leven begint pas bij vijftig jaar, dat is zo; maar het eindigt bij veertig jaar.’ Je moet het verlies van mogelijkheden en ambities herkennen voordat je echt aan het leven kunt beginnen.

Je bent er al

Dat brengt me dicht bij het kernwoord van deze fase, namelijk aanvaarding. Dat klinkt passief, alsof je terneergeslagen bent. Maar voor mij is het juist iets actiefs en het begin van iets nieuws. De aanvaarding dat je bent zoals je bent, en dat dat in wezen goed is. Je hoeft jezelf niet anders te maken dan je al bent. Dat kan immers ook niet. Nee, je bent er al. En zo is het goed. De basis van deze ervaring kan liggen in het geloof in een hogere macht die jou ziet en aanvaardt zoals je bent. Maar de basis van deze aanvaarding kan evengoed liggen in het leven zelf.

Het leven gaat zoals het gaat en dat is in zekere zin troostend. Deze ervaring van aanvaarding wordt bevestigd door de liefdevolle mensen om me heen. Het is niet iets waar ik volledig van overtuigd ben, ik spreek er ook slechts schoorvoetend over, maar op cruciale momenten weet dit besef me wel te dragen. Het heeft me een zekere ontspanning geschonken, ik heb me vrijgemaakt van ambities die toch niet waar te maken zijn. Er blijven genoeg (haalbare) ambities over. Het heeft me vooral mijn aandacht doen richten op wat van waarde is, en de moeite waard. Het leven begint nu pas (en ik ben nog lang geen vijftig).