Veertig, en dan? (Joost Röselaers, predikant van Vrijburg
te Amsterdam, fd.persoonlijk, 22-6-19)
Het leven van de veertiger: de loopbaan is niet helemaal
gelopen zoals gepland en de relatie staat onder spanning of is geëindigd
in een scheiding. Hoe geef je dan betekenis aan je leven? Joost Röselaers
(bijna veertig) laat zijn gedachten gaan over deze fase.
‘Kun je zorgen voor stevige grond
onder je voeten, los van ambities en het ideale beeld voor de buitenwereld?
Nieuwe vormen van spiritualiteit proberen hartstochtelijk antwoord te geven op
die vraag. In bladen als Happinez kun je lezen dat je van jezelf mag houden
zoals je bent. Daar wil ik niks aan afdoen. Ik wil het zelfs van harte beamen,
maar deze zelfliefde is voor mij onvoldoende antwoord in mijn zoektocht naar
een nieuw betekenisvol kader.
Dit artikel maak duidelijk dat de huidige predikant/dominee/pastor
met dezelfde levensvragen zit als de gemiddelde burger in deze samenleving, in
ieder geval de Nederlandse gemeenschap, want andere landen ken ik niet in deze
details. Ik vermoed natuurlijk dat het in andere westerse landen niet anders
is.
Maar dat de christelijke kerkvoorgangers een academische theologische
opleiding hebben genoten is voor ons allen een vanzelfsprekende aangelegenheid,
maar dat is het spiritueel gesproken of zelfs kosmisch gezien helemaal niet. Geestelijke
voorgangers in iedere beschaving binnen ons universum zijn ‘inwijders’ en dat
betekent dat ze het volk ‘voorgaan’ in kosmische wijsheden en in levenswetten
inwijdingen geven, zoals vandaag ook Reiki-inwijdingen worden gedaan en ook
esoterische gemeenschappen als de Vrijmetelaars en Rozenkruisers hun leden inwijden.
Dat gaat deels om technische oefeningen doen zodat de natuurwetten
worden aangeleerd en bijvoorbeeld telepathie aanleren, maar ook de inhoud van
levenswetten die de dagelijkse omgang van mensen onderling ’voorschrijven’ –
geen regels – maar psychologische begeleiding geven om met iedereen harmonisch
om te leren gaan; en daar hoort conflictoplossing ook bij, want deze inwijdingen
voeren naar het toekomstig levensstadium van de 5e dimensie, waarin
alle mensen hun tweelingzielen (waarmee je de oorspronkelijke eenheid vormt),
kennen en dus ook nooit meer uit elkaar kunnen gaan zoals scheidingen in onze
maatschappij.
Om kort te gaan: deze bovenstaande geschetste inwijdingen
hebben in de beginfase van het nieuwe Atlantis plaatsgevonden, maar dat
inwijdingsritueel is na verloop van eeuwen helemaal verslonst en op de
achtergrond geraakt en zijn ook (hoge)priesters hun machtspelletjes gaan spelen,
zodat de bevolking ook ruimte kreeg om typisch 3D-gedrag te ontwikkelen. Om die
reden – én priesterlijke misstappen met hun magische handelingen – is die beschaving
ten ondergegaan. Daarom lijkt de christelijke kerk(en) na hun ontstaan in de 3e
eeuw na Chr met hun concilies toen het nieuwe testament werd geschreven, ook een
even leeg instituut te zijn geworden als in de laatste fase van Atlantis, en
zal het kosmische bestuur het niet toelaten dat er een 4e keer een beschaving
moet worden afgebroken. Daarom zijn nu de trillingsfrequenties op aarde sterk
verhoogd zodat de mensen moeten leren met die nieuwe frequenties om te gaan.
Voor de goede orde heb ik de hele tekst van de auteur
hieronder weergegeven voor belangstellenden en geen FD-lezers.
https://fd.nl/fd-persoonlijk/1303647/veertig-en-dan
0-0
Elke levensfase komt met eigen uitdagingen. Helemaal
synchroon lopen onze levensfases niet, de een begint eerder aan de volgende
fase dan de ander, maar een verdeling levert herkenning op. We hebben immers
meestal een vergelijkbare levensloop en zien ons daarin met vergelijkbare
vragen en uitdagingen geconfronteerd. Ik herkende bijvoorbeeld in mijn
studententijd veel van de zoektochten die mij bezighielden bij medestudenten.
De wereld ligt nog open (denk je) en daar kun je eindeloos over filosoferen –
en dat deden wij dan ook. Als dertiger moet je vervolgens keuzes maken. Dat
komt met de nodige uitdagingen; Nienke Wijnants schreef erover in haar boek Het
dertigersdilemma. Wat ga ik doen met de onmetelijke zee aan mogelijkheden die
mij is geschonken? Het is de tijd van carrière maken, trouwen en een huis
kopen. The only way is up, zo lijkt het.
Daarop volgt de fase waar ik me nu in bevind, die van de
(bijna) veertigers. Het is de periode waarin de aloude midlifecrisis zich kan
aandienen. Het valt me op dat er over deze levensfase de afgelopen jaren weinig
literatuur is verschenen. De hoogste tijd er enkele persoonlijke gedachten en
inzichten aan te wijden.
Joost Röselaers nam een baan aan die niet bij hem paste.
‘Ook al wist ik diep vanbinnen dat mijn talenten elders
lagen.’
Aanzien in het bedrijf
Als dertiger kies je (uiteindelijk) voor een richting in
leven en werk. Je groeit al snel door in het bedrijf. Als het zo doorgaat, ben
je voor je veertigste partner! Maar dan hapert het. Je blijkt geen bestuurder
te zijn. Je komt niet tot je recht in situaties van spanning en conflict. Of je
bent eenvoudigweg (net) niet goed genoeg voor de top. Je moet je ambities dus
bijstellen. En dat is pijnlijk. Je was als dertiger immers gewend dat het
telkens beter ging, maar dan stagneert je leven of gaat het er zelfs op
achteruit.
Ik spreek uit ervaring. Ik nam een aantal jaren geleden een
baan aan die uiteindelijk niet bij me bleek te passen. Volgens velen was ik de
ideale kandidaat, en het was zo’n logische stap in mijn carrière, dat ik er
zelf ook in was gaan geloven, ook al wist ik diep vanbinnen wel beter en voelde
ik aan dat mijn talenten elders lagen. Een manager ben ik niet en zal ik
vermoedelijk ook nooit worden. Ik zie dit, zeker omdat ik er zelf open over
ben, bij veel generatiegenoten.
Een vriendin van me maakte stormachtig carrière bij een
groot advocatenkantoor op de Zuidas. Natuurlijk zou ze partner worden. Ze werd
het, maar wat viel het haar tegen. De advocatuur was haar passie, en niet al
het bestuurlijke en managementgedoe dat er nu bij kwam kijken. Weg waren haar
creativiteit en gedrevenheid. Ze was binnen een aantal jaren een schim geworden
van wie ze ooit was.
Maar kun je nog terugkeren naar het beroep dat je eens had?
Dat doet veel met je aanzien in het bedrijf. En vergeet de financiële
consequenties niet. Heb je net dat mooie huis gekocht in die aardige wijk vlak
bij de school van de kinderen.
Relatie onder spanning
Ook privé heb je als veertiger met de nodige uitdagingen te
maken. Als je eenmaal gesetteld bent met de man of vrouw van je dromen, blijkt
de realiteit toch wat weerbarstiger te zijn. Romantiek maakt plaats voor de
alledaagse werkelijkheid, zeker als er ook kinderen zijn. Voortdurend ben je
bezig de boel draaiende te houden. Je leven beweegt zich tussen thuis, werk,
school en opvang. Je komt amper aan elkaar toe. De relatie staat onder
hoogspanning en je schreeuwt maar al te makkelijk de frustraties op elkaar af.
Het valt me op hoe vaak er op het schoolplein van onze kinderen een nieuwe
scheiding wordt aangekondigd, met alle consequenties van dien: parttime
ouderschap, verhuizen en kleiner wonen. Weg is het ideale plaatje.
En ten slotte staat het sociale leven van veertigers ook vaak
op een laag pitje. Veertigers zie je amper in concertgebouwen en theaters.
Publicitaire campagnes richten zich ook liever op de frisse generaties onder
hen en de welwarende generaties boven hen.
Is het werkelijk zo dramatisch gesteld met de veertigers?
Wat ik hierboven schets, is een beetje een karikatuur. Er zijn ook een hoop
mooie dingen die in deze jaren gebeuren – de verdieping van de band met
partner, kinderen en vrienden bijvoorbeeld. De tijd van feesten en festivals is
zo langzamerhand voorbij (gelukkig maar, denk je soms), waardoor je je meer op
je inner circle richt en meer tijd hebt om te lezen of je in een bepaald
onderwerp te verdiepen.
Maar het waardevolst van deze jaren is de spirituele
ontwikkeling. Want de vraag hoe om te gaan met mislukkingen en tegenslagen is
bovenal een spirituele vraag. Kun je zorgen voor stevige
grond onder je voeten, los van ambities en het ideale beeld voor de
buitenwereld? Nieuwe vormen van spiritualiteit proberen hartstochtelijk
antwoord te geven op die vraag. In bladen als Happinez kun je lezen dat je van
jezelf mag houden zoals je bent. Daar wil ik niks aan afdoen. Ik wil het zelfs
van harte beamen, maar deze zelfliefde is voor mij onvoldoende antwoord in mijn
zoektocht naar een nieuw betekenisvol kader.
Ze is me te eenvoudig, voor wat ik toch ervaar als cruciale
vragen in mijn bestaan. Ik mis de teleurstelling en de worsteling erin. Deze
fase kent een zekere analogie met de puberteit, een tijd die ook voorafgegaan
werd door een periode van zekerheid, plots afgebroken door de ontdekking dat de
mens zichzelf en het leven nog onvoldoende kent. Met dat ene cruciale verschil
dat de puberteit zich afspeelt in een stijgende levenslijn, met groeiende
vermogens en mogelijkheden, en de veertiger zich in zekere zin bevindt in een
dalende. Jezelf liefhebben wordt in deze context een grotere opgave. Je kijkt
in de spiegel en je ziet steeds meer rimpels, kale plekken en grijze haren.
Natuurlijk zou ze partner worden.
Ze werd het, maar wat viel het haar tegen
Stevige basis
Ons levensgeluk wordt voortaan in hogere mate bepaald door
niet-materiële levenswaarden. En dat vraagt het nodige van ons: om stil te
staan en ons te verdiepen in een bepaalde levensbeschouwing, filosofie of in
literatuur. Zelf vind ik herkenning en duiding in onder andere het Bijbelse
verhaal waarin kwetsbaarheid het uitgangspunt vormt voor spirituele groei – om
uiteindelijk een stevige basis in het leven te ontdekken. Een aantal
Bijbelverhalen leert ons dat je soms veertig (!) jaren door de woestijn moet trekken
voordat je tot inzicht komt.
Ook in de literatuur vind ik herkenning en duiding. Een
groot aantal existentiële romans gaat over zoekende veertigers. In zijn boek
Mogelijkheid van een eiland zegt Michel Houellebecq: ‘Het leven begint pas bij
vijftig jaar, dat is zo; maar het eindigt bij veertig jaar.’ Je moet het
verlies van mogelijkheden en ambities herkennen voordat je echt aan het leven
kunt beginnen.
Je bent er al
Dat brengt me dicht bij het kernwoord van deze fase,
namelijk aanvaarding. Dat klinkt passief, alsof je terneergeslagen bent. Maar
voor mij is het juist iets actiefs en het begin van iets nieuws. De aanvaarding
dat je bent zoals je bent, en dat dat in wezen goed is. Je hoeft jezelf niet
anders te maken dan je al bent. Dat kan immers ook niet. Nee, je bent er al. En
zo is het goed. De basis van deze ervaring kan liggen in het geloof in een
hogere macht die jou ziet en aanvaardt zoals je bent. Maar de basis van deze
aanvaarding kan evengoed liggen in het leven zelf.
Het leven gaat zoals het gaat en dat is in zekere zin
troostend. Deze ervaring van aanvaarding wordt bevestigd door de liefdevolle
mensen om me heen. Het is niet iets waar ik volledig van overtuigd ben, ik
spreek er ook slechts schoorvoetend over, maar op cruciale momenten weet dit besef
me wel te dragen. Het heeft me een zekere ontspanning geschonken, ik heb me
vrijgemaakt van ambities die toch niet waar te maken zijn. Er blijven genoeg
(haalbare) ambities over. Het heeft me vooral mijn aandacht doen richten op wat
van waarde is, en de moeite waard. Het leven begint nu pas (en ik ben nog lang
geen vijftig).