Over de groei van begripsvorming en het onderscheid tussen grond- en vrijheidsrechten.
Dit zijn twee hoofdrichtingen; en zelfs méér dan twee.
Daarbij komt ook een bekende naam voorbij: Georg Jellinek (1851 – 1911)[i], naamgenoot van de Amerikaanse verslavingsarts Elvin Morton Jellinek[ii]; George zag de grondrechten als de vrucht en uitkomst van de godsdienst- en gewetensvrijheid van de Amerikaanse burgeroorlog, maar hij zag over het hoofd dat het eerste mensenrechtenverdrag al door de Unie van Utrecht (1579) werd vastgelegd (als eerste ter wereld) vanwege de erg ‘pluriform’ samengestelde bevolking en dus godsdienststrijd (eigenlijk een godsdienstoorlog) in de Nederlanden.
Hij zag de grondrechten dan ook in de eerste plaats als de afbakening van een ‘staatsvrij’ domein dat door de overheid vrijgelaten en geëerbiedigd moest worden, een domein dat zich pas in de 18e en 19e eeuw uitbreidde tot een aanzienlijk deel van de samenleving.
Naast deze romantisch-liberale hoofdrichting bestaat er ook een tweede, alternatieve richting, die de nadruk legde op de overheidsplicht tot actieve zorgzaamheid.
En hiermee wordt ook duidelijk dat (vooral?) onze Grondwet, die vooral gekenmerkt wordt door protestantse, katholieke en calvinistische hoofdstromen altijd tot compromissenpolitiek heeft moeten leiden (ons ‘poldermodel’ bestaat dus veel langer dan alleen het naoorlogse Nederlandse maatschappij omdat direct na de oorlog al de Sociaaleconomische Raad werd opgericht (vermoedelijk vanwege de Wederopbouw).
En juist die hoofdstroom als de alternatieve richting zijn een spiegelbeeld van kosmische Wetten, namelijk de onvermijdelijke samenwerking tussen individu én collectiviteit. Dat was het compromis tussen klassieke liberalen enerzijds en katholieke en confessionele ‘sociale politiek’.
Deze laatste richting van actieve zorgzaamheid weet zich al snel als niet alleen koud-negatief (handen thuis!) maar als positieve, ‘gevulde’ vrijheidsbenadering te profileren. Maar ook krijgt zij het moeilijk als blijkt hoe lastig zorgzaamheid van bemoeizucht te onderscheiden is. Vandaar ook de eeuwige strijd over hoe de verzorgingsstrijd in te richten.
Daarmee wordt wéér duidelijk (zie voorgaande blogs in deze serie) hoe moeilijk het is om die ‘abstracties’ als rechtsstaat en democratie in werkelijkheid door elkaar lopen. En daarom heeft iedere politicus en iedere partij eigen opvattingen en dat is ook de reden waarom in de Tweede Kamer altijd eindeloos wordt uitgeweid over punten en komma’s. Kan ook niet anders dan tegen de achtergrond van onze complexe historische ontwikkelingsgang en méér partijenbestel verklaard worden, dat in de tweepartijstaten als het VK en de VS (en eigenlijk ook Duitsland vanwege hoge kiesdrempels) niet bestaat en die uitdaging uit de weg zijn gegaan.
Deze pluriformiteit is dus letterlijk een kosmisch presentje of geschenk geweest omdat hier een maximale 3D-structuur is aangebracht om binnen één generatie verschillende politieke ervaringen op te doen. Dus ga niet schelden op ons politieke bestel!
Namasté!
[i] https://en.wikipedia.org/wiki/Georg_Jellinek
[ii] https://www.jellinek.nl/over-jellinek/historie/