Wat zijn de gevolgen van een BDE?

[bron: Pim van Lommel, p.68-69]

‘De gemelde veranderingen ontstaan waarschijnlijk door het bewust ervaren van een dimensie waar tijd en afstand geen rol spelen, waar verleden en toekomst geschouwd kunnen worden, waar men zichzelf compleet voelt en geheeld weet, en waar oneindige kennis en onvoorwaardelijke liefde kunnen worden ervaren. Het veranderde inzicht berust voor mensen na een BDE niet meer op geloof, maar op een zeker weten.

‘De gevolgen zijn zo ingrijpend geweest voor mijn verdere leven: de tijdloosheid die ik ervaren heb; de wetenschap dat mijn bewustzijn buiten mijn lichaam blijft bestaan. het was genoeg om mijn leven te ontwrichten.’

Mensen kunnen heimwee voelen naar hun BDE door het onvergetelijke gevoel van vrede, acceptatie en liefde waar zij tijdens deze ervaring mee in aanraking kwamen. De levensveranderingen komen dan ook in belangrijke mate voort uit het nieuwe inzicht dat liefde en aandacht voor zichzelf, anderen en de natuur het belangrijkste is en dat de dood niet het einde van alles is. door de BDE weet men nu uit eigen ervaring dat na de lichamelijke dood het ‘leven’ doorgaat.

‘Na die ervaring zag ik het allemaal anders: er komt iets na de dood en het is goed. De dood is alleen een verlossing uit je lichaam.’

Deze ‘gelukzalige’ beschrijving roept de vraag op waarom deze patiënt (en overige patiënten in een gelijksoortige BDE-ervaring) deze mooie buitenaardse dimensie mogen meemaken en waarom zij daarna toch weer terugkeren in hun lichaam, zodat hun leven zelfs ontwricht kan worden door de ‘negatieve’ sfeer die hier op aarde hangt.

Het antwoord op deze vraag kan aldus luiden: Omdat ik in dit stadium van lezen van dit boek niet weet of de auteur deze vraag ook zal stellen en of hij daarop een antwoord geeft, hierbij mijn suggestie. Ik heb elders gelezen dat BDE-ervaringen vooral voorkomen bij die mensen die worstelen met het leven en vooral worstelen met hun eigen taak in dit leven, hun plaats hier op aarde. Men kan zich in zo’n situatie voorstellen dat een BDE-ervaring dan uitkomst kan bieden, vanwege zoals hierboven geformuleerd staat: men weet zijn (oude?; dogmatische?) geloof veranderd in ‘een zeker weten van het leven na dit leven’, zodat betrokkene de angst voor de dood heeft overwonnen en waardoor men veel vrijer en optimistischer gaat of kan gaan leven.

Dat betekent onder meer dat de patiënt ook in staat is door alle stoffelijke feiten van dit aardse leven, door alle negatieve energie ‘heen te prikken’ en zijn eigen leven zo goed mogelijk te gebruiken om vanwege dat perspectief op een (veel) mooier vervolgleven buiten de aarde, het huidige leven met zijn onvoltooide taken eerst fatsoenlijk af te ronden en dan te vertrekken naar een volgende bestemming. Dit is in mijn gevoel de enige logische verklaring van het bestaan van BDE-ervaringen om de betrokken zielen te helpen door dit zware leven op aarde, want die is vaak niet voor de poes. Overigens nooit ‘te zwaar’, want dat zou de scheppende bron nooit toestaan. Het is dus altijd ‘te zwaar’ voor het eigen psychische gevoel, maar in de ziel weet de betrokkene, dat hij sterk genoeg is om het aan te kunnen en te overleven. Alleen is 95% van de mensheid niet in staat om die zielenkennis te bereiken en daar houvast uit te halen. Daarom zijn er gemiddeld gesproken vele levens op aarde nodig, om zich die eigenschappen en vaardigheden te kunnen ontwikkelen.

Gaat ‘Adam en Eva’ over de zonde?

religie en filosofie

Gerrit-Jan KleinJan– 15:52, 30 maart 2017

▲Het thema ‘verboden vruchten’ verwijst naar het bijbelverhaal over Adam en Eva, waarin werd gegegeten van de verboden boom. Wie de vruchten at zou kennis krijgen van goed en kwaad. © colourbox

In het Theologisch Elftal analyseren twee theologen een actuele kwestie. Het thema van de Boekenweek is ‘verboden vruchten’. Waarom wordt het verhaal over Adam en Eva vaak zo negatief gelezen?

Dat de Boekenweek gaat over ‘verboden vruchten’ zal lezers van deze krant niet zijn ontgaan. Het thema is een rechtstreekse verwijzing naar het bijbelverhaal over Adam en Eva die aten van de verboden boom. Wie de vruchten van deze boom at zou kennis krijgen van goed en kwaad.

In de boeken van Jaap Hiddinga staat inderdaad beschreven dat de mens in een groepscollectiviteit na zijn scheppingsmoment mag kiezen tussen eeuwig verblijf in de hemelen ofwel in het koninkrijk der hemelen, maar ook mag kiezen voor een experimenteel leven maar dat is die ziel ook verplicht het hele traject door alle dimensies heen te leven en te voltooien. Tegen die achtergrond is het scheppingsverhaal van Adam en Eva een mooie mystieke metafoor van de keuze die de mens altijd toebedeeld krijgt omdat de aarde de enige planeet is in dit universum met de ‘vrije wil’. Het ‘risico’ voor de scheppende liefdeskrachten is dan wel dat het levensplan voor deze categorie anders wordt uitgevoerd dan de scheppers zich hadden voorgesteld, want bij de vrije keuze hoort ook de eigen individuele vrije wilsbeschikking. Vandaar de dualiteit op aarde, die eerst overwonnen moet worden en dat is voor vele huidige en voorgaande beschavingen een langdurige strijd. Soms duurt het zoeken naar de juiste weg erg lang, soms extreem kort.

Waarom kennen we deze geschiedenis vooral als een verhaal over straf die volgt op een overtreding? “In de kerken wordt het vaak gelezen als een verhaal over de zonde en de verdrijving van Adam en Eva uit het paradijs na het eten van de verboden vrucht. Dat is een interpretatie die onder andere afkomstig is van Augustinus”, zegt Janneke Stegeman, die Oud-Testamenticus is en als theoloog en programmamaker werkt bij debatcentrum De Nieuwe Liefde in Amsterdam. Als ‘theoloog des vaderlands’ is ze deze week een extra speler in het theologisch elftal.

Deze ‘verdrijving uit het paradijs’ klinkt hard en wreed, en heeft natuurlijk niets met de scheppende liefdeswezens te maken, maar vloeit alleen voort uit de keuze die de mens zelf voor het experiment heeft gemaakt. De Bijbel geeft er een inkleuring van een ‘strafexpeditie’ aan, maar dat is geheel bezijden de waarheid en dus een verkeerde voorstelling van zaken, maar wat moesten de kerkschrijvers, geïndoctrineerd door de leiding er anders van maken?

Ook Peter Nissen, hoogleraar spiritualiteitsstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen en remonstrants predikant in Oosterbeek, wijst naar Augustinus. Aurelius Augustinus is een theoloog uit de vierde eeuw die een immense invloed heeft gehad op de leer in de christelijke kerken en de manier waarop de Bijbel wordt gelezen, vandaar dat hij ook wel ‘kerkvader’ wordt genoemd. Hij stelde dat sinds Adam en Eva iedereen deelt in de schuld van dit eerste mensenpaar. Nissen: “De sombere lijn in het christendom, het negatieve denken over seksualiteit, het lichamelijke en het aardse, gaat grotendeels op hem terug. Augustinus heeft het christendom belast met de erfzonde. Dat concept kom je vóór hem eigenlijk helemaal niet tegen.”

Heteroseksualiteit

Augustinus’ interpretatie werkt tot op heden door. In het christendom is het verhaal over Adam en Eva gebruikt om een specifiek maatschappijbeeld te propageren, stelt Stegeman: “Het verhaal wordt in de kerken in verband gebracht met maagdelijkheid als ideaal en heteroseksualiteit als norm. Homo’s en lesbiennes en anderen zijn met dit verhaal over Adam en Eva in de hand vaak buitengesloten. Dat gebeurt nog steeds.”

Ze stelt een andere zienswijze voor. “Het verhaal over Adam en Eva die eten van de verboden vrucht lees ik als een verhaal over volwassen worden, geestelijke groei en ontwikkeling. Het verhaal gaat over een man en een vrouw die de echte wereld van keuzes, goed en kwaad, en seksualiteit ontdekken. Door van de verboden vrucht te eten, ontdekken ze het echte leven. Het paradijs is in deze interpretatie niet zozeer een ideale wereld, maar meer een saaie, bijna kinderlijke wereld zonder spanning en uitdaging. Het is een plaats die niet reëel is. Door het paradijs te verlaten komen Adam en Eva in een wereld waar echte keuzes moeten worden gemaakt.”

Kortom, een moderne evolutietheorie dus.

Nissen: “Je kunt de Bijbel heel goed antropologisch lezen, als een verslag van de ontwikkeling van menselijke ontplooiing.” Het verhaal over het vertrek van Adam en Eva uit het paradijs is in zijn ogen niet de enige geschiedenis die zich leent voor zo’n uitleg. Nissen noemt als voorbeeld de verhalen van de opwekking van Lazarus uit de dood en de wederopstanding van Jezus uit het graf. “Ze worden traditioneel gelezen als verhalen over de letterlijke verrijzenis uit het de dood. Ik zie het niet als een opstanding ná de dood, maar als opstanding vóór de dood. Deze verhalen gaan over mensen die vastlopen, die het niet meer zien zitten, maar toch een nieuw begin weten te maken.”

Stegeman: “De Bijbel is een veelzijdig boek. Het wordt vaak gezien als een braaf en gezagsgetrouw boek. Terwijl ik denk dat de teksten ook vaak ontregelend zijn. De verschillende boeken spreken elkaar bijvoorbeeld tegen. Neem Jezus, we zien hem in de kerkelijke traditie vaak als vrome man, terwijl het iemand was die opruiend was en tegen het gezag van zijn tijd in ging. Hij zet aan tot verzet tegen de verhoudingen die onrecht in stand houden.”

Stegeman is geïnspireerd door de in 2009 overleden Amerikaanse theoloog Marcella Maria Althaus-Reid, die het begrip indecent theology introduceerde. “Het is een interpretatie die juist ingaat op de taboes die er zijn in de christelijke traditie. Althaus wil die taboes ter discussie stellen, bijvoorbeeld op het gebied van de seksuele normen die het christendom hanteert. Bijbelteksten staan open voor verschillende en ook nieuwe interpretaties. Ze mogen niet stollen tot een normatief verhaal. Door voortdurende vernieuwing maak je de betekenis van de Bijbel relevant voor álle mensen.”

Geloofsdogma’s

De interpretatie van Nissen en Stegeman mag dan voor lezers van literatuur aantrekkelijk klinken, in kerkelijke kringen ontbreekt vaak de ruimte voor een uitleg die voorbij de geloofsdogma’s gaat. Het valt de twee theologen op dat religieuze tradities dikwijls twee gezichten tonen als het over lezen gaat.

Nissen: “Lezen is in religieuze tradities enerzijds iets essentieels. Christendom, jodendom, islam, hindoeïsme en boeddhisme – ze bestaan allemaal bij gratie van de omgang met teksten. Tegelijk zie je dat, zodra een religie institutionaliseert, er veel moeite gedaan wordt om de controle over de teksten te houden. Het bekendst is natuurlijk de rooms-katholieke kerk, die een heel fijnmazig systeem had van censuur en controle. Alles wat ook maar enigszins op gespannen voet stond met de officiële leer belandde op de index, de lijst met verboden boeken. Alles wat interessant is, vinden we op die lijst terug: Spinoza, Descartes, Voltaire, Erasmus.”

Stegeman: “Die huiver ten opzichte van het vrijgeven van de tekst kan ik me goed voorstellen als je het bekijkt vanuit het machtsinstituut dat de kerk lange tijd was. De Bijbel is ook een gezagsondermijnend boek. De rooms-katholieke kerk redeneerde dat het beter is om mensen niet zomaar bloot te stellen aan die gezagsondermijnende gedachten. Godfried Bomans schreef ooit heel treffend dat er zoveel spanning op de evangeliën staat, dat de stoppen zouden springen als er geen zekering tussen de lezer en het gelezene zou zitten.”

Nissen: “Lezen heeft iets gevaarlijks, zeker voor systemen die niet van tegenspraak houden. Dat zijn niet alleen kerken, maar dat kunnen bijvoorbeeld ook totalitaire staten zijn. Lezen heeft iets gezagsondermijnends. Lezen is subversief. Het vergroot je wereld. Je komt makkelijk op andere ideeën.”

Wijze woorden!

https://www.trouw.nl/religie-en-filosofie/gaat-adam-en-eva-over-de-zonde-~ac38311c/

Ontmoetingen met een stralend licht of een wezen van licht

[bron: Pim van Lommel, zie voorgaande blogs, p. 59]

‘ (….) waar ik werd ondergedompeld in een gevoel van totale liefde. Ik begreep met extreme helderheid waarom ik kanker had gekregen. Waarom ik in de eerste plaats in dit leven was geplaatst. Welke rol eenieder van mijn familie in mijn leven speelde in samenhang met het grote schema waarin alles vastligt, en in het algemeen hoe het leven in elkaar zit. De helderheid en het inzicht die ik in die toestand bezat, zijn ronduit onbeschrijfelijk. Woorden lijken deze ervaring te beperken – ik was op een plaats waar ik begreep hoeveel meer er is dan wij in onze driedimensionale wereld kunnen bevatten. Ik besefte wat voor geschenk dit was, en dat ik omgeven was door liefhebbende spirituele lichtwezens die voortdurend rondom mij aanwezig waren.’

Onuitsprekelijkheid

[Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn. Hfd 3, par.1, pp. 44-45]

‘Omdat datgene wat ervaren wordt tijdens een levensbedreigende situatie volledig onbekend en onbenoembaar kan zijn, en deze bijzondere gebeurtenissen buiten  onze normale ervaringsmogelijkheden liggen, is het begrijpelijk dat er grote problemen ontstaan als men de ervaring onder woorden probeert te brengen.

zeggen. Nu al springen de tranen in mijn ogen als ik aan die beleving denk. Te veel? Gewoon te veel om in menselijke woorden uit te drukken. De andere dimensie, zoals ik het nu noem, daar was geen verschil is tussen goed en kwaad en geen tijd en ruimte bestaat. En een immense zuivere liefde die de liefde in onze menselijke huidige dimensie laat verbleken, als een valse schim van wat het kan zijn. De leugen waarin wij in onze dimensie leven, wordt helder en tegelijk vanuit onze woorden, die zo beperkt zijn, is het niet te benoemen. Alles wat ik zag was doordrenkt van een onbeschrijflijke liefde. De wetenschap en boodschappen die door mij heen gingen waren zo helder en zuiver. Ik wist ook waar ik was, daar waar geen verschil is tussen leven en dood. De frustratie dat ik ze niet in menselijke woorden kan uitdrukken is groot.’

‘Ik betreur het dat woorden geen recht doen om mijn ervaring te beschrijven. Ik moet bekennen dat de menselijke taal schromelijk tekortschiet om de volle omvang, de diepte en de andere dimensie, die ik heb gezien, adequaat over te brengen. In feite is het met geen pen te beschrijven wat ik meemaakte.’

Deze beschrijving geeft het verschil aan tussen de aardse derde dimensie (van tijd en ruimte) en de vijfde dimensie van de tijd- en ruimteloosheid. Vanuit onze materialistisch denken vragen mensen zich af hoe ze zich die 5e dimensie van tijd- en ruimteloosheid moeten voorstellen. Daarop wil ik hierbij een poging doen om dat uit te leggen.

Die 5e dimensie na volgt op onze ‘gemeenschappelijke’ 3e dimensie op aarde, is de dimensie van de dualiteit of het dualisme tussen goed en kwaad, tussen dag en nacht en tussen man en vrouw. In die 5e dimensie hebben de mensen die daar wonen de dualiteit overwonnen en zijn ze op het eenheidsbewustzijn overgestapt en het duale bewustzijn van tegenstellingen en onderscheid van zich af geworpen. De 5e dimensie is dus de dimensie zonder materie en de mensen lopen en wonen daar in fijnstoffelijke lichamen, terwijl onze huidige lichamen grofstoffelijk zijn van de fysieke zintuigen die we hebben en kunnen hanteren.

Wij hebben onze ogen, neus en oren om te kunnen zien, ruiken en horen. Daarnaast hebben wij handen om te kunnen voelen, maar ook ons hart om te kunnen voelen maar dan op een intuïtieve manier. En waar onze hersenen de thuishaven is van ons denkvermogen en in spirituele zin ons kosmische bewustzijn, daar kent ons hart ook een hartsbewustzijn, dat ook kosmisch is. Ons hart kan dus denken met een spirituele logica, terwijl onze hersenen denken met een rationele logica. Ons doel op aarde is om de aardse dualiteit te overwinnen en zo naar de 5e dimensie te verhuizen, dat spiritueel multidimensionaliteit wordt genoemd.

De 4e dimensie bestaat overigens ook en dat betekent dat we de beschikking hebben over 1 of maar enkele multidimensionale zintuigen, maar niet de complete set van 5 zintuigen waarbij alle geestelijke eigenschappen geactiveerd zijn. Je bent in 4d dus ofwel helderhorend, heldervoelend, of beide.

En omdat 5d wordt bevolkt door mensen die de dualiteit hebben overwonnen en dat betekent dat je de sleutel van het leven hebt ontdekt, kies je vanuit je hartsbewustzijn voor het goede, en dat betekent dat het kwaad uit je leven is gebannen. Zo bestaat er in 5d geen leugen, bedrog, oorlog of haat meer, want dat hoort tot de kenmerken van de dualiteit. De goddelijke energie, creator – scheppende kracht – of bron kent dus alleen maar liefde, onvoorwaardelijke liefde, want op het hoogste trillingsniveau bestaat er niet anders dan die onvoorwaardelijke liefde en die eenheid. Daar is alles volmaakt zuiver en bestaat er een volmaakt scheppend bewustzijn. De wereld van de volmaakte kosmische scheppers, scheppende aartsengelen etc.

Alleen in de voorlaatste zin van het citaat (‘daar waar geen verschil is tussen leven en dood’) staat iets dat alleen uitgesproken kan worden door een 3d-mens: er bestaat immers geen verschil tussen leven en dood omdat er geen dood bestaat, want het loslaten van je grofstoffelijke lichaam om te verhuizen naar je fijnstoffelijke en daarna naar je energetische lichaam, bestaat alleen op aarde vanwege die dualiteit. Heb je de ‘verlichting’ bereikt met het ontdekken dat je leven wordt beheerst door onvoorwaardelijke liefde en licht, dan heb je op aarde het paradijs mogelijk gemaakt en dan kun je ook niet meer in de verleiding komen om negatief te oordelen over je medemens.

Dat is de weg die Jezus heeft getoond en die was de verkondiger van de nieuwe leer: ‘heb uw vijanden lief als uzelf’ in plaats van ‘oog om oog, tand om tand’, de oudtestamentische zegswijze. Er bestaat dus geen verschil tussen leven en dood omdat de dood opgegaan is in eeuwig en eindeloos leven. Want het goddelijk geschapen leven, waaronder de mensheid, is een leven zonder begin en zonder eind. Alleen de 3e dimensionale aarde en andere vergelijkbare planeten in een stoffelijk universum kent een geboortemoment en kent ook een einde in de vorm van de dood als overgang naar een volgend leven, zodat leven en dood zijn nog van gescheiden en afgescheiden zijn. Na de aarde is die afgescheidenheid een eenheid geworden: het Leven zonder de dood.

Is het levenselixer ontdekt?

Rotterdamse onderzoekers geven muizen een verjongingskuur

# Oud worden met de gezondheid van een tiener. Wetenschappers van het Erasmus MC in Rotterdam zijn een stap dichter bij deze droom gekomen, nu het is gelukt om bij bejaarde muizen de klok terug te zetten. Een nieuwe behandeling maakt de beestjes veel jonger en fitter.

Bijna vanzelfsprekend is dit een puur medisch experiment en dus zijn er wetenschappers bij betrokken die onbekend zijn met spirituele levenswetten en dat dit levenselixer in de duale wereld volslagen onmogelijk is. De menselijke ziel is eeuwig en eindeloos levend, maar het fysieke lichaam van de mens op aarde zal nooit eeuwigdurend levende worden omdat de aarde (en dus de mens) een andere en een tijdelijke functie heeft op deze planeet. Maar deze esoterische kennis bezitten de medici niet en dus experimenteren zij in het laboratorium met onbekende data. Verjongingskuren zijn dus per definitie onmogelijk, tenzij de dit onderzoeksplan door de geestelijke wereld in ingegeven en geïnspireerd.

Peter de Keizer en Marjolein Baar met een bejaarde muis die is ‘verjongd’. ©rv

Tot nu toe kon bioloog Peter de Keizer van het Erasmus MC rustig weg om een kopje koffie te halen en dan zat zijn muis nog op precies dezelfde plek op tafel, sloom voor zich uit starend. Maar na een kuur met het nieuwe wondermiddel Proxofim gebeurde er iets wat De Keizer nog amper kan geloven: de bejaarde muizen – in mensenjaren ongeveer 80 jaar oud – kregen een vollere vacht, renden harder en hun nierfunctie verbeterde. En wat voor muizen geldt, geldt vaak ook voor mensen: ons genetisch materiaal komt voor 80 procent overeen met dat van de diertjes.

,,We hebben een vreugdedansje gedaan in het laboratorium. We werken al 15 jaar met muizen, maar ze waren altijd oud en suf. Nu moest ik ze in een kooi zetten omdat ze er anders vandoor gingen, net als jonge muizen”, zegt De Keizer, groepsleider op de afdeling moleculaire genetica. Deze middag wordt de ontdekking gepubliceerd in het toonaangevende wetenschappelijke tijdschrift Cell.

Heeft u de bron van het eeuwige leven gevonden?

,,Dat zou prachtig zijn, maar dat durf ik niet te zeggen. We zien dat bij de muizen de tijd wordt teruggedraaid – ze worden daadwerkelijk jonger – maar we weten niet of ze hierdoor ook langer leven. Gemiddeld gaan ze na twee jaar dood, maar de meeste leven nu nog. Er is dus meer onderzoek nodig om die vraag te beantwoorden.”

Hoe werkt die verjongingskuur?

,,Onze cellen lopen elke dag schade op. Het gros repareren we zelf, maar dat lukt niet bij allemaal. Rond ons 65ste zijn steeds meer cellen blijvend beschadigd. In die ‘foute’ cellen zitten twee eiwitten aan elkaar gekleefd, die ervoor zorgen dat de cel allerlei rommel uitscheidt die weefsels sneller doen verouderen en onze organen aantasten. Vergelijk het met een auto: een beetje roest is niet erg, maar op een gegeven moment functioneren bepaalde onderdelen niet meer. Wij hebben Proxofim ontdekt, een stofje dat de verbinding tussen die twee eiwitten verbreekt en de foute cel doodt. Als gevolg daarvan herstelden sommige weefsels en werden de muizen fitter.”

Er zijn genoeg ouderen die dat wel zouden willen testen…

,,We kunnen niet zomaar ouden van dagen aan het infuus leggen. Er bestaat een risico dat zij een overdosis krijgen, waardoor ook gezonde cellen kapotgaan. Bovendien weten we nu nog niet of het stofje überhaupt bijwerkingen geeft. Dat moeten we goed uitzoeken, eerst op andere proefmodellen, zoals varkens, daarna in de kliniek. We hopen over een jaar of twee, drie het onderzoek uit te breiden naar patiënten met agressieve vormen van kanker. Later willen we dan onderzoek doen naar ouderdomskwalen.”

Waarom eerst kankerpatiënten?

,,Het stofje Proxofim lijkt ook goed te werken tegen bepaalde uitbehandelde vormen van kanker. De cellen van kankerpatiënten hebben vaak zo veel schade opgelopen door chemo- of radiotherapie, dat ze ook die twee eiwitten aanmaken die Proxofim opruimt. We hopen dat het de groei van bepaalde hersentumoren kan stoppen. Het gaat om patiënten die nog maar een halfjaar te leven hebben en zo ziek zijn, dat zij de mogelijke bijwerkingen zoals diarree en overgeven op de koop toenemen. Op deze manier kunnen we hopelijk de patiënten helpen, maar ook uitvinden welke bijwerkingen het middel heeft voordat we er een omaatje van 90 aan blootstellen.”

Het wonderstofje lijkt ook goed nieuws voor kale mannen. Krijgen zij hun haardos terug?

,,Tja, dat zou mooi zijn. We kijken nu of Proxofim ook in de vorm van een crème kan worden toegepast. Als je het stofje injecteert, komt het overal terecht, ook in je kleine teen, en daar wil je geen haargroei. Bovendien: wanneer er bijwerkingen zijn, is zo’n lokale toediening veiliger. Maar is haargroei het meest urgent, als je ook hersentumoren kunt behandelen?”

Stel dat we hiermee 130 kunnen worden, moeten we dat willen?

,,Iedereen denkt ook dat wij streven naar het eeuwige leven, maar ons hoofddoel is langer leven in goede gezondheid. Als we 100 worden en pas op ons 99ste ziek worden, zou dat al geweldig zijn. Dat maakt het leven een stuk leuker en het scheelt ook nog eens veel ziektekosten in die laatste levensjaren.”

Zelfs het ‘hoofddoel van langer leven in goede gezondheid’ is voor God de schepper spelen en dat is een te materialistische instelling, die onherroepelijk op mislukkingen uitloopt.

http://www.topics.nl/rotterdamse-onderzoekers-geven-muizen-een-verjongingskuur-is-het-levenselixer-ontdekt-a5246742ad/?context=playlist/m-beste-van-de-wetenschap-58ba46/&utm_term=&utm_campaign=DPN_ED_TOPICS_0000_20160220_20160324&utm_medium=email&utm_source=redactie&utm_content=link&ctm_ctid=2db5e80e741740d66220b8593e541543&utm_term=&utm_campaign=DPN_ED_TOPICS_0000_20160220_20160324&utm_medium=email&utm_source=redactie&utm_content=link&ctm_ctid=2db5e80e741740d66220b8593e541543

Een inzicht dat de brug tussen wetenschap, spiritualiteit en politiek kan vormen

De bijna-dood-ervaring: een brug tussen wetenschap en spiritualiteit (hfd 1 Inleiding in: Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn. Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood-ervaring. Uitgeverij Ten Have, zevende druk 2008, pp. 25-26]

# Deze levensveranderingen komen vooral voort uit het inzicht dat liefde en aandacht voor jezelf, voor jezelf, voor anderen en voor de natuur belangrijk levensvoorwaarden zijn. Na een BDE beseft men dat iedereen en alles met elkaar verbonden is, dat elke gedachte invloed heeft op iemand zelf en de ander, en dat ons bewustzijn na de lichamelijke dood blijft bestaan. Men beseft dat de dood niet het einde is.

‘Beseft men dat iedereen en alles met elkaar verbonden is, dat elke gedachte invloed heeft op iemand zelf en de ander, en dat ons bewustzijn na de lichamelijke dood blijft bestaan. Men beseft dat de dood niet het einde is’: een ideaal uitgangspunt voor de politiek want wat zou de wereld er dan mooier uitzien, zelfs paradijselijk!

Is er bewustzijn na de dood? 3

[bron: Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn. Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood-ervaring. Uitgeverij Ten Have, zevende druk 2008, pp. 18-20 uit de Inleiding]

# Wat is de dood, wat is leven, en wat gebeurt er als ik dood ben? Waarom zijn de meeste mensen er zo bang voor? De dood kan na een zwaar ziekbed toch ook een bevrijding zijn? Waarom beleven artsen het overlijden van een patiënt nog vaak als medisch falen? Omdat de patiënt niet in leven is gebleven? Waarom mag men nooit meer ‘gewoon’ doodgaan aan een ernstige, terminale ziekte, maar moeten mensen eerst nog aan de beademing en aan kunstmatige voeding via slangetjes en infusen? Waarom kiezen mensen in het eindstadium van een kwaadaardige ziekte soms toch nog voor chemokuren waarmee het leven misschien korte tijd gerekt wordt, maar die de kwaliteit van het resterende leven lang niet altijd verbetert. Waarom is onze eerste neiging ten koste van alles het leven te rekken en de dood uit te stellen? Het standpunt van een arts is meestal een patiënt zo lang mogelijk in leven te houden, en vaak komt dit overeen met de wens van de patiënt, die ondanks alle beperkingen, pijn en benauwdheid nog enige tijd in leven wil blijven. Is de angst voor de dood de belangrijkste oorzaak hiervan? En ontstaat de angst door onwetendheid over was de dood zou kunnen zijn? Kloppen onze ideeën over de dood eigenlijk wel? Is de dood werkelijk het einde van alles?

Op deze vragen kan een kort antwoord worden gegeven: deze (westerse) materialistische maatschappij heeft geen idee wat de dood is of inhoudt vanuit de praktijk van het doodgaan betreft. De vraag of ‘onze ideeën over de dood eigenlijk wel kloppen?’ kan met een gerust hart ontkennend worden beantwoord.

En dit wordt veroorzaakt door onze opvoeding waarin leven en dood geen centrale plek innemen en lang een taboeonderwerp zijn. En geen geestelijke kan ook uitleggen wat de dood inhoudt en wat er eventueel voor leven na de dood tevoorschijn komt. Kortom, degenen die nooit nieuwsgierig zijn geworden naar het hoe en waarom van de dood en daarover geen boeken of andere bronnen hebben geraadpleegd, blijven in die leegte van de leemte hangen. Esoterische mensen die er studie van hebben gemaakt hebben hun eigen antwoorden gevonden en de sleutel van deze (maatschappelijke) raadselen ontdekt: de dood is een overgang van het ene leven in een volgend leven, zoals je op een station van de ene op de andere trein kunt overstappen. Even noodzakelijk om een bepaalde bestemming te bereiken als de dood dat is.

Dit antwoord is iets langer geworden dan ‘kort’ zoals aangegeven, maar ik voelde me geïnspireerd om dit ‘iets minder korte’ antwoord te geven en te delen met de lezers.

Wordt vervolgd.

Is er bewustzijn na de dood? 2

[bron: Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn. Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood-ervaring. Uitgeverij Ten Have, zevende druk 2008, pp. 18-20 uit de Inleiding]

# We moeten dan eerst voorzichtig een antwoord zoeken op de vraag óf en eventueel hóé na het overlijden bewustzijn kan worden ervaren. Hoe kunnen we vermoeden wat er met ons bewustzijn gebeurt wanneer we dood zijn? En hoe komen we aan onze ideeën over de dood? Waarom zouden we ons eigenlijk willen verdiepen in de dood, in wat dood zijn zou kunnen inhouden? De confrontatie met de dood roept onmiddellijk vragen op omdat de dood in onze maatschappij nog steeds taboe is. Terwijl het ‘dood’normaal is dat er dagelijks mensen sterven.

Deze gestelde vragen kunnen puntsgewijs beantwoord worden.

  1. ‘We moeten dan eerst voorzichtig een antwoord zoeken op de vraag óf en eventueel hóé na het overlijden bewustzijn kan worden ervaren.’

 

Letterlijk genomen kan deze vraag niet beantwoord worden, want niemand kan een antwoord geven hoe bewustzijn na het overlijden ervaren kan worden. De gestelde vraag moet dus van de andere kant benaderd worden. De mens begint op jonge leeftijd (rond 6 of 7 jaar) met te zoeken naar de zin van het leven (op die leeftijd op een primitieve basis) en de plaats van jezelf in dit leven. Dit zoekproces is de mens ingeboren omdat de opdracht voor ieder mens op aarde is om (spiritueel of geestelijk) bewustzijn te ontwikkelen en dus ook naar de zin van het leven te zoeken. Deze zielenbehoefte is in de mens neergelegd omdat hij in een omgeving is ingeboren waarin het meerdimensionale denken en denkcapaciteit is afgesloten en dus feitelijk niet ‘spontaan’ aanwezig. Iedere baby en peuter op aarde leert in de loop van zijn opvoeding te leren (na te) denken. Je bent dus afhankelijk van je ouders, en vervolgens van het opvoedingssysteem in je geboorteland. Dat is of kan op andere planeten anders geregeld zijn (zonder jeugdperiode) en dat alles is zo bestemd om de mens alle gelegenheid te geven om onder de meest verschillende omstandigheden (levens)ervaring op te doen. Dat onder het goddelijke motto dat: ‘Niets Onmogelijk Is’ ofwel dat ‘Alles Mogelijk Moet Zijn’. De zoektocht naar de zin van het leven maakt dat ieder mens tegen bronnen (zondagsschool, heilige boeken, geestelijke leidslieden of bronnen via boeken) aanloopt waarmee hij zijn weg leert te zoeken. Dat is ook mijn leerweg geworden. Na een – in mijn leven – fikse hoeveelheid boeken doorgeploegd te hebben ben ik op meditatie en gevoelsleven overgestapt en heb ik de door mij gezochte antwoorden gevonden en ze intuïtief juist bevonden (voor dat moment wel te verstaan). De intuïtie is mijn kompas geworden. Ik heb ontdekt dat in mijn geval de intellectuele activiteit van studeren nodig was om de basis te leggen die ik vervolgens heb getoetst aan mijn eigen intuïtie en zo mijn houvast heb gevonden. Dat klinkt intellectueel en dat is het ook, maar ik ontdekte ook een sterker instrument, namelijk het ‘gevoel’ dat iets ‘echt’ klopte, dat een overtuiging gaat ‘leven’…. ‘je staat ergens voor’.

 

  1. ‘Hoe kunnen we vermoeden wat er met ons bewustzijn gebeurt wanneer we dood zijn?’

 

Dat kunnen we niet, zoals uit de vorige beantwoording al bleek. Wat we wel kunnen doen is in onze zoektocht een ‘theorie’ opbouwen door alle uitspraken die ik in boeken tegenkwam die mij aanspraken, gaan bundelen en zo tot een samenhangende verzameling van opvattingen of aannames te komen, die dan in de praktijk van alle dag getoetst kunnen worden. Wat bedoel ik daarmee? Als dus de basisvraag van dit punt 2 luidt ‘wat er gebeurt als we dood zijn’ en je bent al de aanname of overtuiging ontdekt dat er geen dood kan bestaan omdat je in een ander leven weer geboren wordt, dan borduur je daarop voort en je ontdekt dat je helemaal niet bang hoeft te zijn voor de dood, want vergelijkbaar met een verhuizing van de ene stad naar de andere. Ik moet toegeven dat ik altijd het intuïtieve gevoel heb gehad dat je van leven tot leven doortrekt naar een volgende fase in je eigen zielenwezen, want die ziel is de constante en eeuwige factor, en het nieuwe lichaam waarin je in die andere werkelijkheid verschijnt, is bedoeld om je aldaar nieuwe ervaring te laten opdoen. Je ziel is dus steeds dezelfde maar die ziel doet gaandeweg steeds nieuwe ervaring op totdat je na eonen met een oneindige tijdsduur binnen duale werelden klaar bent met je groeiproces en de verlichting hebt bereikt. Dat ben je de dualiteit ontstegen en kom je de multidimensionale werelden binnen. Multidimensionaal betekent dat je beschikt over eigenschappen en kwaliteiten via je huidige zintuigen (zie deel 1) waarvan je hier op aarde geen enkele voorstelling van kunt maken. Je kunt energetisch reizen naar andere planeten en naar andere sterrenstelsels of andere universa, om maar een voorbeeld te noemen. Maar je ‘bewustzijn’, het centrale thema hier bij dit punt, groeit ook door. Het geestelijke bewustzijn wel te verstaan, want niet je fysieke. Dat hersengebied hoort toe aan je fysieke lichaam en dat blijft na het overlijden op aarde achter. Maar de kennisinhoud die je hier hebt verworven, gaat in je ‘bewustzijn’ mee naar het volgende leven, waar dan ook.

 

  1. ‘En hoe komen we aan onze ideeën over de dood?’

 

Omdat ik een grote hoeveelheid boeken over de dood in huis heb, kan ik aangeven dat iedere auteur andere ideeën over de dood heeft en dat er dus geen eenduidige opvattingen over de dood bestaan, laat staan dat spirituele opvattingen maar door een klein deel van de totale bevolking (nationaal of mondiaal) gedeeld worden. Het overgrote deel van de bevolking is materialistisch ingesteld en deelt de opvattingen die in Van Lommels boek medisch aan de orde komen.

 

  1. ‘Waarom zouden we ons eigenlijk willen verdiepen in de dood, in wat dood zijn zou kunnen inhouden?’

 

Zoals bij punt 1 aangegeven en in deel 1 is het een basiseigenschap van ieder mens dat er gezocht wordt naar de zin van het leven en de verschijnselen leven en dood. Dat betekent dat de ene mens zich geen moeite getroost om zich te verdiepen in dit thema, terwijl de ander alles wat hij onder ogen krijgt leest en daaraan conclusies verbindt en vooral eigen keuzes maakt. In algemene zin luidt dus het antwoord dat de mens altijd bezig zal zijn met levensmysteries, want daarmee worstelt ook ieder mens. ‘Waarom verdiepen we ons daarin’ als vraagstelling wordt dus beantwoord met de vaststelling dat er sprake is van een natuurlijke neiging.

 

  1. ‘De confrontatie met de dood roept onmiddellijk vragen op omdat de dood in onze maatschappij nog steeds taboe is.’

 

Ik vermoed dat dit in algemene zin volkomen juist is en de een vindt dat heel lastig, en de ander maakt er een studie of werk van. In mijn inmiddels gegroeide beleving is er natuurlijk geen sprake meer van een confrontatie omdat de dood of het vertrek van deze aarde geen onbekend mysterie is, maar een vaststaande overtuiging dat het een bevrijding is van dit aardse leven dat mag worden afgesloten. Er ligt dus in mijn ogen een nieuwe toekomst te wachten, hoewel er wel eerst een rustperiode aanbreekt om terug te blikken op het voorbije leven op aarde, bij wijze van evaluatie. Daarover heeft Jaap Hiddinga in zijn boeken behartenswaardige zaken geschreven die ik ook op deze site heb geplaatst. Die boeken raad ik dus iedereen aan.

 

  1. ‘Terwijl het ‘dood’normaal is dat er dagelijks mensen sterven.’

 

Ja, deze woordspeling kende ik nog niet, maar vind ik wel aardig. Het verschijnsel dood is heel normaal, want het overkomt iedereen, maar verlichte meesters gebeurt er wel iets anders dan met gemiddelde mensen op aarde. De laatste categorie komt meestal geheel onvoorbereid aan de andere kant van de sluier en ontdekt in veel gevallen dat er geen dood bestaat want hij blijkt nog te leven terwijl hij zich niet bewust was van die mogelijkheid. De eerste categorie – zo lees je in boeken over Tibetaanse monniken – zoeken zelf het juiste transformatiemoment uit en vertrekken op dat moment in meditatie uit het lichaam om er niet meer in terug te keren.

Wordt vervolgd.

Is er bewustzijn na de dood?

[bron: Pim van Lommel, Eindeloos bewustzijn. Een wetenschappelijke visie op de bijna-dood-ervaring. Uitgeverij Ten Have, zevende druk 2008, pp. 18-20 uit de Inleiding]

Na een aantal weken gedwongen pauze, zet ik beschouwingen over spiritueel leven en leven en de dood voort met een bespreking van de auteur Jan van Lommel, die ik vanavond op radio1 heb beluisterd. Het boek heb ik uit mijn boekenkast gehaald en ik vind het boeiend om dat hier te gaan bespreken. Uitgangspunt van bespreking is mijn spirituele inzicht en in hoeverre Van Lommel daarop aansluit, dan wel dat hij de welbekende materialistisch wetenschappelijke houding aanneemt.

Ik heb destijds, ten tijde van de aanschaf in 2008 maar flarden van het boek gelezen en dus niet geheel gelezen. Ik kan mijn boeken altijd herkennen aan wat ik gelezen heb en wat niet, aangezien het gelezene altijd volstaat met onderstrepingen, vraagtekens, uitroeptekens en hashtags in de kantlijn. De paragraaf ‘Is er bewustzijn na de dood’ betekent voor mij een her-kennismaking van de Inleiding die ik maar half gelezen had. Maar de titel van deze paragraaf vind ik universeel genoeg om hier te beginnen met mijn bespreking.

# Bijna dood is bepaald niet hetzelfde als dood, maar de vraag is of onderzoek naar BDE ons toch aanwijzingen kan geven over wat er met het bewustzijn gebeurt als iemand definitief is overleden.

Dit is een typerend voorbeeld (of schoolvoorbeeld) van iemand die vanuit de westerse, materialistische opvoedingspatronen vragen heeft leren stellen. Tegenover dit wereldbeeld staat het spirituele en/of esoterische wereldbeeld: bijna-dood is in de visie van medici en ethici altijd een terugkeer vanuit een schijndood, omdat het leven op aarde nog niet beëindigd kan worden genoemd, vanuit het levensplan dat in de ziel besloten ligt.

Maar dood en ‘bijna-dood’ bestaan spiritueel niet, want het leven/Leven is eeuwig en oneindig en aangezien de mens een scheppingsproduct en erfgenaam van de scheppende macht is, kan de menselijk ziel nooit doodgaan en bestaat de dood simpelweg niet. De fysieke dood is dus alleen een begrip die in de materialistische en driedimensionale wereld (aarde) kan bestaan, omdat daar de mogelijkheden voor de leerschool van de mens aanwezig zijn om met het verschijnsel van de duale of dualistische leefomgeving te leren functioneren.

De mens is met zijn ziel tijdelijk op aarde, als een soort van doorgangshuis of als eindstation van de grofstoffelijke wereld om door te groeien naar de hogere dimensionele sferen, die pas beginnen in de 5e dimensie, die ook wel multidimensionaal wordt genoemd. Wat is het verschil tussen deze 3d-wereld en 5d? de mens op aarde kent alleen de stoffelijke 5 zintuigen, die de omgeving van 3d kunnen zien: lengte, breedte en hoogte. De wereld van tijd (horloge) en ruimte (voertuigen). Maar deze 5 stoffelijke zintuigen gebruiken maar 20 procent van de mogelijkheden van die zintuigen, omdat ze ook geestelijk kunnen worden gebruikt en beoefend.

Wat bedoel ik met deze geestelijke zintuigen: dat zijn de mensen die wij helderziend, – horend, – wetend, -ruikend en – voelend zijn. Iedereen heeft wel eens van helderzienden gehoord, mensen die in de toekomst of in het verleden kunnen kijken, maar ook het heden op langere termijn kunnen overzien en weten wat er met betrokken hulpvrager gaat gebeuren. Zelf ben ik heldervoelend en dat betekent dat ik exact kan uitleggen wat dat is. Als ik iemand om raad of advies bij mij komt en een bepaalde vraag beantwoord wil hebben, ga ik mij energetisch afstemmen op die persoon en ik doe dat altijd vanuit een staande houding achter de stoel waar ik die persoon laat plaatsnemen. Mijn instelling kost mij minimaal 3 minuten en daarna gaat het harden ‘stromen’: er komt energie van die persoon bij mij binnen en die energie bevat informatie die ik voel in mijn lichaam. Ik voel dat er bepaalde spanningen aanwezig zijn en bij de meeste cliënten gaat het dan ook hoofd- en buik- of maagspanningen. Ik vraag de persoon of mijn waarneming klopt. Zo ja, dan concentreer ik mij er verder op of vraag die energie wat ik moet doorgeven, als ik meer mag ontvangen. Ik neem met andere woorden contact op met de betrokken gids of hulpgeest. En ieder mens heeft een gids die hem kan begeleiden of actief en bewust begeleidt. Zo kom ik tot vervolgvragen om mijn volgende waarnemingen te toetsen en ik kom tot bepaalde patronen waarmee ik hulpvragers kan helpen. Om een willekeurig concreet voorbeeld te noemen: iemand kan pijn voelen en onverteerde levenservaringen als iemand niet weerbaar genoeg ik het leven staat en constant door iedereen ‘overlopen’ wordt. Dat is geen gezonde situatie en een dergelijk persoon wordt daar ziek van. Ik geef aan dat het geen wonder is dat de huisarts daar geen raad mee weet omdat hij geen idee heft hoe die pijn kan zijn ontstaan.

Ik voel dus in dit voorbeeld dat iemand niet volwassen of weerbaar genoeg is of dat hij bepaalde vragen of levensraadselen niet kan oplossen en daarom is vastgelopen. Mijn advies is logischerwijs: luister beter naar je lichaam en probeer uit te vinden wat die pijn je te vertellen heeft. Nu ik heb gevoeld dat die pijn wordt veroorzaakt door ‘negeren’ van je eigen potentiele kracht en je leven laat bepalen door anderen, is nu het moment gekomen om daarin verandering aan te brengen. Als ik een dergelijk advies afgeef, komt dat zeer zeker bij de ander binnen omdat die persoon dat zeer wel herkent en nu een concreet advies heeft ontvangen om iets te veranderen in zijn/haar leven. Hiermee afsluitend kan ik bevestigen dat menselijke energie (trillingen) energie bevatten die de mens als hulpverlener of healer kan gebruiken om iemand te helpen in zijn ongemak en over een langere periode met meerdere sessies te healen en van zijn spanningspijnen kan afhelpen. Dat is dus het gebruikmaken van helende krachten die in het menselijk lichaam verborgen liggen om via het gevoel(szintuig) te leren opereren.

En ik kan hierbij ook een getuigenis meegeven van een oude collega die met hartproblemen te kampen had – zo bleek later – en dat mijn magnetische handen als een strijkijzer zo gloeiend aanvoelden, terwijl ik dat zelf nog zo nooit zo heb ervaren. Zo leer je nog eens wat.

Kortom, de dood die wij op aarde kennen, bestaat in werkelijkheid helemaal niet, maar is slechts het afleggen van het stoffelijk lichaam om dat je levenslessen op aarde voorbij zijn en de tijd is gekomen om te ‘verhuizen’ naar een volgend leven elders, op een andere planeet of ster om daar weer verder te leven en nieuwe levenslessen te leren. Zo ontwikkelt onze ziel zich, die eeuwig levend is en dus per definitie nimmer kan sterven. Zo zijn we geschapen maar helaas wordt dat op aarde in geen enkele opvoeding aangeleerd. Alleen als je het geluk hebt bij hoog ingewijde ouders te zijn geboren en dat was bijvoorbeeld met Jezus het geval. Vandaar zijn heel bijzondere levensweg als de mens Jezus van Nazareth die tijdens zijn leven de hoogste inwijdingen, waaronder de Meestersgraad ‘de Christus’ mocht ontvangen (in de grote Pyramide van Gizeh). Maar hij werd niet als ‘Enig geboren Zoon Gods’ geboren zoals in de Bijbel staat, want dat zijn alle mensen op aarde en in de sferen. De mens heeft tot doel zelf naar het hoogste spirituele bewustzijn, of het Kosmische Bewustzijn op te klimmen en een te worden met de scheppende krachten in het uitspansel of universum (want wat verder gaat gaat ons voorstellingsvermogen te boven).

Wordt vervolgd